Mark en Maaike op wereldreis

Geisha’s, Sushi en Groene thee

Lieve allemaal,
Dit wordt ons laatste verhaal vanuit Azië! De tijd is voorbij gevlogen en we hebben in een toch wel korte tijd zoveel mogen zien van dit continent. We voelen ons ook erg bevoorrecht dat we nog 2 continenten mogen gaan ontdekken. Maar eerst vliegen we naar Nederland voor de bruiloft van Mark's broer en om even onze familie en vrienden te zien. Het zal 26 augustus wel raar zijn om weer te vertrekken en dan richting Afrika, maar eerst lekker genieten van alles wat Nederland ons brengt!

Japan was het laatste land van ons Azië avontuur. We hadden hoge verwachtingen en keken beiden uit naar wat Japan ons zou brengen. Het is een belevenis geweest en we proberen wederom jullie een klein beetje mee te nemen op onze reis (Fukuoka, Hiroshima, Kyoto, Nara, Tokyo en Nikko) door Japan. Geniet ervan!

Om nog een vervoersmiddel op ons lijstje toe te voegen zijn we vanuit Zuid-Korea met de boot of te wel de ‘water beetle' naar Japan gevaren. De water beetle is een middelgrote boot die vaart als een soort catamaran. De sterke motoren zorgen ervoor dat de boot slechts met drie punten met het water in contact blijft en de rest wordt boven het water uitgetild. Hierdoor kan de boot veel sneller als normale boten. Wij deden er 3 uur over, een reguliere boot doet over dezelfde afstand maar liefst 7 uur! De kaartjes die we gereserveerd hadden voor de boot hebben we geboekt met studentenkorting. Ook hier zijn we er weer mee weggekomen. Dit scheelde voor ons samen toch 46 euro! Je gaat het niet geloven maar het laten stempelen van ons paspoort in Japan was moeilijker dan in alle landen tot nu toe. De douane ambtenaar wilde precies weten hoe onze reisplanning was, hoelang we overal bleven en wanneer we terug vlogen, van welk vliegveld en met welke maatschappij. De datum wisten we nog wel maar van welk vliegveld.... Ja Tokyo maar daar heb je meerdere vliegvelden en de maatschappij dat wisten we al helemaal niet. Van onze antwoorden werd de vrouw niet echt blij van maar toen we de laptop wilde opstarten om alles even voor haar op te zoeken werd ze iets rustiger en kregen we voor we iets hadden laten zien onze stempels in het paspoort. We mochten Japan in!

Snel kwamen we er achter dat Japan een andere prijsklasse hanteert dan die wij de afgelopen maanden hanteerde. Ons standaard dagbudget voor Azië was nog niet genoeg om de goedkoopste kamer van de krijgen. We waren hierop voorbereid dus hebben ons dagbudget maar wat verhoogt! We kunnen van elke stad alle tempels beschrijven, wat zeker de moeite waard is, maar dit zou het verhaal te lang maken. De tempels in Japan zien er wel heel anders uit dan in Korea. Korea heeft meer schilderwerk in de tempels verwerkt. In Japan zijn bij de tempels vaak hele mooie tuinen en watertjes met grote kooikarpers. Dit geeft wel echt een Zen gevoel. Daarnaast zijn de tempels hier veel groter.

Om te beginnen even wat feitjes en weetjes: Er zijn in Japan 127 miljoen inwoners, slechts 1,5 miljoen mensen zijn buitenlands. Hiervan zijn er miljoen Koreaans en Chinees. Deze mensen zijn voor Japanners al niet eens te herkennen als niet Japanner en voor ons dus zeker niet. Dan blijft er dus maar een groep over van een half miljoen aan herkenbare buitenlander. Iedereen die je ziet lijkt dan ook wel Japanner (dit komt overigens door het zeer strenge immigratiebeleid hier). Als gevolg van het zeer lage geboortecijfer van Japan staat dit beleid nu ter discussie. Op dit moment wordt er maar 1,3 kind per vrouw geboren (dit is het laagste geboortecijfer van alle westerse landen). De bevolking is echter wel aan het verouderen. Er zijn minder mensen maar wel meer mensen met pensioen en hogere kosten in de gezondheidszorg. De verwachting is dat als de huidige trend niet veranderd er in 2050 nog maar 100 miljoen Japanners zullen zijn. Japan bestaat voor 80% van haar oppervlakte uit bergen en heuvels. Hierop woont niemand. Dit betekent dus dat de 127 miljoen inwoners wonen op 20% van het landoppervlakte. Het gevolg is enorm massale steden en heerlijke groene omgevingen daar omheen.

Hiroshima is een stad die veel indruk op ons heeft gemaakt. In Hiroshima hebben we voornamelijk de gebouwen en museums bekeken die te maken hebben met de atoombom die hier is gevallen. Onze eerste wandeling ging naar het Peace Memorial Park. Dit is een park ter nagedachtenis aan de atoombom die direct boven dit park op 6 augustus 1945 tot ontploffing is gebracht. Dit was de eerste atoombom ter wereld die tijdens een oorlog is ingezet. Door deze bom kwamen er direct 70.000 mensen om het leven. Door ziektes als gevolg van de straling kwamen er nog eens 70.000 tot 140.000 mensen om het leven. Echt onvoorstelbaar! In het park was er veel te zien. Onder andere een vredesvlam die pas zal worden gedoofd als de laatste nucleaire wapens op aarde vernietigd zijn. Daarnaast hebben we de A-bomb Dome bekeken. Dit is een gebouw dat nog in exact dezelfde staat is als de dag nadat de atoombom is gevallen. Ook was er een plek waar een stuk of 50 kranten pagina's hingen met alle berichten over de atoombom. Politieke reacties, menselijk drama, foto's van de getroffen stad (waar bijna niets meer overeind staat), enzovoorts. Om meer kennis te krijgen en bewust te worden wat er op 6 augustus 1945 is gebeurd zijn we naar het Peace Memorial Museum gegaan. Het bezoek heeft op ons beide indruk gemaakt. De bom heeft ervoor gezorgd dat de Tweede wereld oorlog eindigde, maar het heeft daarnaast voor erg veel ellende gezorgd. Wij dachten altijd door de atoombom de wereld een lange oorlog was bespaard. Nu blijkt dat het belangrijkste motief achter het gooien van de bom was om aan de Russen te laten zien hoe een machtig wapen Amerika had. Daarnaast had Amerika ruim 2 miljard dollar besteed aan het ontwikkelen van de bom, om hem dan niet te gebruiken zou een verspilling van geld zijn geweest. Wij vonden het schokkend om te zien dat de bom is gegooid op onschuldige burgers die tot op de dag van vandaag moeten leven met de gevolgen van de atoombom (kanker, misvormingen, zwakbegaafde kinderen, enz.) Mark en ik zijn eerst een film gaan kijken over de explosie en wat het effect daarvan is geweest. De bom is 600 meter boven de grond ontploft en heeft in een diameter van 4 kilometer. Binnen deze 4 kilometer was bijna alles weg gevaagd. In eerste instantie werd alles weg geblazen en daarna kwam er een hitte vrij van zo'n 4000 graden. Kort erna volgde zwarte regen. Er zijn foto's waarop je een zwarte afdruk ziet van iemand die op een stenen trap zat. Door de hitte is er een afdruk achter gebleven. Het was erg apart om een horloge te zien die gestopt was op de tijd 8.15, dit was de tijd dat de bom op Hiroshima viel. Er hingen foto's van mensen die de vellen aan hun lichaam hadden hangen. Een dokter die op dat moment in het gebied werkte vertelde dat zijn ziekenhuis weg was, slachtoffers kwamen binnen en hij kon alleen maar zeggen: 'ga maar liggen en heb geduld'. De mensen hadden de meest verschrikkelijke wonden door de hitte, het glas en het rond vliegend puin. Aangezien alles door de atoombom was vernietigd (geen ziekenhuis, geen zusters, geen medicijnen) lagen de mensen te wachten op de dood. Op ons maakte dit alles een enorme indruk.

Kyoto was onze derde bestemming. Kyoto wordt in 1 zin genoemd met de wereldsteden New York, Parijs en Rome, alle steden waar je ooit in je leven minstens een keer moet zijn geweest. Wij kunnen ons hier helemaal in vinden. Ook wij vonden Kyoto geweldig! Kyoto heeft alles wat je in een wereldstad zoekt. Mooie winkels afgewisseld met mooie tempels en rustgevende parken/tuinen. We hebben genoten van de rust, de drukte en de mooie geisha's. Kyoto is bekend om zijn groene thee lekkernijen. Je hebt er ijsjes, cake, koekjes, thee, enzovoorts van. Wij vonden de cake echt heerlijk, echter was een kleine cake 15 euro... In Japan sturen ze geen kaartje als ze op vakantie zijn geweest maar nemen ze iets te eten uit die plaats of dat land mee. Dit was te merken want alles ging als zoete broodjes over de toonbank, helaas was het allemaal beperkt houdbaar anders hadden we met deze traditie mee gedaan.

Bij de Kyoto Jishu Shrine liggen 2 stenen die 10 meter uit elkaar liggen. Het verhaal gaat als een persoon, met zijn of haar ogen dicht, veilig van de ene naar de andere steen loopt, je de liefde van je leven zult vinden of zult behouden. Nou natuurlijk hebben wij dit even gedaan en beiden zijn we veilig bij de steen aangekomen met onze ogen dicht.

Overal in Japan zie je grote stripboekwinkel, de meeste van een aantal verdiepingen hoog. Iedereen in Japan leest stripboeken. In Japan worden evenveel stripboeken als gewone boeken gelezen. Wel grappig, want in Nederland stimuleren ouders juist om gewone boeken te lezen in plaats van stripboeken. Als gevolg van de populariteit van stripboeken is er een explosie geweest van de zogenoemde Maid cafés. De serveersters lopen daar rond als een ‘Maid', de mannen (gasten) worden ‘Master' genoemd. Wij vonden het een beetje vreemd maar hier is het een doorslaand succes. Ook hebben we veel meiden gezien die verkleed waren als haar favoriete stripfiguur. Ook een hele normale bezigheid hier. Hier is het echter gewoon een vorm van zelf expressie.

Vanuit Kyoto zijn we ook een dagje naar Nara geweest. Dit is een stadje 60 minuten met de trein vanaf Kyoto. Aan gekomen in Nara zijn we een wandelroute vanuit de Lonely Planet gaan lopen. De wandelroute bracht je langs alle mooie bezienswaardigheden. De schitterende gebouwen lagen in een mooie groene omgeving. Hier staat onder andere het grootste houten gebouw ter wereld. Nara is ook bekend om de vele (tamme) herten die overal rondlopen. Langs de weg worden dan ook hertenkoekjes verkocht die je aan de hertjes kan geven. Mark kon de verleiding niet weerstaan dus heeft verschilde bambi's gevoerd. Wel een leuk gezicht, want de dieren staan al te wachten bij de kraampjes en als je de koekjes in je handen hebt komen ze met grote groepen op je af.

Een van de mooiste tempels in Kyoto is de Rokuon tempel of te wel de Gouden tempel. De tempel ligt op een eilandje en het dak is helemaal van goud. Echt een spectaculair gezicht. De omgeving is zo rustgevend en mooi. Overal staan bonsai bomen en in de vijver zwemmen grote kooikappers. Op verschillende plekjes kon je muntjes werpen in een potje. Als je raak gooide mocht je een wens doen. Na 5 muntjes heeft Maaike het op gegeven. Mark heeft 2 keer geworpen en beide worpen waren raak. Hij heeft 1 wens voor zichzelf gedaan en 1 voor Maaike. De Rock Garden was ook erg bijzonder. Dit is een veld van 10 meter lang en 4 breed met allemaal witte kiezelstenen. Er liggen in totaal 15 keien verspreid over het veld. Achter alle tuinen in Japan zit een verhaal/boodschap. Bij de Rock Garden is dit niet het geval. In 1500 heeft een Zen monnik deze tuin aan laten leggen. Hij wilde de bezoekers zelf laten ervaren/fantaseren/bedenken wat de filosofie is achter deze tuin. Het was erg bijzonder om te zien hoe iedereen naast de tuin ging zitten en waarschijnlijk zijn of haar gedachten lieten gaan. Het geeft je een rustig en vredig gevoel.

Mark is naar een Onsen geweest, dit is een Japans badhuis. Maaike is niet mee geweest omdat ze dan alleen moest (mannen en vrouwen moeten gescheiden) en dat zag ze niet zo zitten. Het badhuis was echt een belevenis. Naast dat mensen hier komen om te douchen, waren er bij deze Onsen nog 7 baden, van heel koud tot heel warm. Ook was er een sauna van ruim 90 graden. Er waren hier mannen van alle leeftijdsgroepen. Van 10 jaar tot 75 jaar. Mark had het gevoel dat de meeste mensen hier thuis geen badkamer hadden en hierheen kwamen om te kunnen douchen. Hij vond het naast leuk om te doen ook heerlijk om zich even lekker te kunnen zwemmen.

Tijdens onze reis door Japan hebben we op weergebied veel mogen mee maken. We hebben een tyfoon waarschuwing gehad en meerdere aardbevingen. Een tyfoon is een orkaan categorie 1. Stormen van categorie 1 veroorzaken normalerwijs geen schade aan bebouwing, ze zijn wel in staat om caravans en mobiele woningen omver te blazen, bomen te knikken. Nou dat betekende dus niet veel goeds. Achteraf viel het volgens ons wel mee. We hadden regen en af en toe een harde windvlaag. Naast de tyfoon hebben we in Tokyo ook meerdere aardbevingen mee mogen maken. De eerste was het heftigste die zelfs de Telegraaf in Nederland heeft gehaald. Mark en ik werden op een nacht beiden wakker van dat ons stapelbed bewoog. In eerste instantie dachten we dat er een metro langs ons hostel reedt, maar dit kon niet want er rijd namelijk helemaal geen metro in de buurt van ons hostel! Later realiseerde we dat er een aardbeving was. Na ongeveer 15 seconden stond ons bed weer stil en zijn we verder gaan slapen. ‘s Morgens lazen we op Telegraaf.nl dat er in oost Japan een grote aardbeving was geweest (6.4 op de schaal van Richter) die zelfs in Tokyo te voelen was. Nou die hebben wij toch even mee mogen pikken.
Qua eten hebben we gesmuld. We hebben veel verschillende dingen in Japan gegeten en zullen een aantal gerechten eruit lichten. Ramen: dit is een soort noedelsoep met heel veel taugé en wat varkensvlees. Een erg lekkere maaltijd die ook nog eens spotgoedkoop is (14 euro voor twee maaltijden en twee drankjes), na afloop konden we geen pap meer zeggen. Okonomi-yaki: is een savoury pannenkoeken met groente, bacon, gebakken ei en een saus erover heen. Dit gerecht word voor je neus op een grote bakplaat bereidt. Heerlijk!

Tokyo was onze laatste bestemming. De eerste indrukken van de stad waren dat er enorm veel mensen zijn (afhankelijk waar je begint te tellen loopt het tussen de 13 en 22 miljoen mensen), wegen lopen overal (tot wel 4 banen boven elkaar) en mooie gebouwen. Ons hostel lag in het Asakusa gebied. We zijn eerst maar die wijk gaan verkennen. Bij de Sensouji tempel kon je je toekomst laten voorspellen. Dit kan je bij elke tempel doen, maar dit keer kon je een Engelse beschrijving krijgen. Je moest met een pot met stokjes schudden. Het stokje wat uit de pot viel was je toekomst. Nou Maaike had een slechte toekomst. Alles waar ze nu mee bezig was moest ze stoppen. De liefde van haar leven zou ze nooit vinden en als iemand ziek is zou hij niet genezen. Nou daar wordt je echt gelukkig van! We hebben dit slechte nieuws maar snel achter ons gelaten.

We zijn tijdens ons verblijf in Tokyo naar een baseball wedstrijd geweest in de Tokyo Dome. Voetbal en baseball zijn de belangrijke sporten hier. Er was een wedstrijd tussen de Tokyo Giants en de Baystar. We hadden goede plekken en de wedstrijd was erg leuk. De teams waren aan elkaar gewaagd. Er werd 1 homerun geslagen en het hele stadion ging toen met oranje sjaaltjes zwaaien. Erg gaaf gezicht. Wij zaten naast het loop pad. Elke 30 seconden kwam er een meisje langs die bier wilde verkopen. Deze meiden moeten continu een trap op en af lopen. Ongelofelijk zwaar baantje! De wedstrijd werd gewonnen door de Giants met 2-0. Voor ons en de hele aanhang van de Giants was het een erg leuke avond.

Ook niet onbelangrijk om te vermelden: Mark komt binnenkort op de Japanse tv, dus kijken allemaal! Hij moest in ons hostel op een barkruk aan de bar zitten en een stukje kip eten terwijl een radio bestuurbare servetten wagen voorbij kwam rijden. Dat is handig want dan kan 1 persoon de servetjes naar iedereen toe rijden. Hij moest een reactie geven op de servetten wagen. Het was een mega grappig ding maar totaal nutteloos. Toen het bleek dat het ook nog eens 11 euro moest kosten zei hij dat ze dit in Nederland beter niet konden gaan verkopen. Ons verblijf in Tokyo hebben we afgesloten met een bezoek aan DisneySea. Tijdens het kopen van de tickets zagen we dat de tickets in de aanbieding waren. De baliejuffrouw gaf aan dat dit alleen voor studenten was. Nou daar kwamen wij weer met onze studentenpassen en ja hoor het is ons weer gelukt. We hebben samen nu 24 euro bespaard. Echt leuk dat het ons steeds weer lukt! Er zijn in Tokyo twee Disney pretparken (Tokyo DisneySea Park en Tokyo Disneyland Park). Het Disneyland park is vooral gericht op kinderen en de volwassenen kunnen het best naar Sea gaan. Dit werd dan ook onze bestemming. We waren een uur voor openingstijd bij de ingang en het is ongelofelijk maar we waren niet de eerste. Een uur voor openingstijd waren er al honderden mensen die aan het wachten waren voor de poorten! Toen de poorten open gingen rende gingen heel veel mensen rennen om als eerste in de beste attracties te mogen. Wij moesten hier vooral om lachen en hebben ons ingehouden om ook te gaan rennen. We hebben genoten van hoe perfect dit pretpark is gemaakt. Bij een attractie was er bijvoorbeeld een hoop bananen te zien en het rook hier zelfs naar bananen. Bij een andere attractie gingen we door een keiharde storm. Wij zaten in keiharde wind en voelde ook de regen druppels. We hebben genoten van schitterend opgezette achtbanen, te mooie shows en alles in en rondom het park. Natuurlijk zijn we ook nog op de foto gegaan met Goofy en Dagobert Duck. Uiteindelijk hebben we de dag om 20.00 uur afgesloten met een schitterende show op het water. Ook hier waren weer kosten nog moeite gespaard om het tot een spektakel te maken. Wij vonden het echt super!

De dag voor ons vertrek naar Nederland zagen we op internet dat onze vlucht was geannuleerd! We hebben gelijk het contactnummer van SAS gezocht in Tokyo en zijn gaan bellen. De eerste oplossing was om de vlucht dan maar te annuleren dan konden we zelf een nieuwe vlucht boeken. Op deze korte termijn lukt het natuurlijk nooit meer om zelf een goedkoop nieuwe vlucht te boeken. Niet echt een oplossing voor ons natuurlijk! Het alternatief was vliegen met een andere maatschappij en een uur later aankomen op Amsterdam. Dat klonk een stuk beter! Uiteindelijk was alles op het eind van de dag weer geregeld. Geeft wel wat stress!

Nog even wat leuke opvallende zaken uit Japan:
- de wc bril in Japan is een apparaat op zich. Je kunt er geluid mee maken (zodat de buurman niet hoort wat je aan het doen bent), alles kun je laten schoon sproeien, de wc bril kan automatisch omlaag. In ons hotel hier zitten er ongeveer 20 verschillende opties op de bril!
- de schone straten. In Kyoto kreeg je een boete van 300 euro als je iets op straat gooide! Dan leren mensen het op straat gooien van afval natuurlijk snel af.
- op de weg naar de stad waren heel veel stoplichten en ondanks dat het rustig op de weg was en stoplichten echt heel lang op rood staan wacht iedere voetganger tot het licht groen wordt.
­- als je ergens binnen komt, dan is hoe harder het persoon naar schreeuwt hoe meer welkom je wordt geheten. Ze schreeuwen dus eigenlijk niet naar ons maar heten ons heeeel erg veel welkom.
- we zijn tijdens onze bezoeken aan tempels al heel veel schoolkinderen tegen gekomen die op excursie zijn. Wat ons opvalt aan de kinderen is hoe ordelijk ze zich hier gedragen. Ze zijn stil als er iets wordt uitgelegd. Daarnaast lopen alle kinderen heel ordelijk twee aan twee.
- we moeten in Japan op de vreemdste plekken onze schoenen uit doen. Zo weten we nu dat je bij elk hotel bij de ingang je schoenen in een kast zet, sommige restaurants betreed je zonder schoenen, pashokjes in kleding winkels ook daar de schoenen uit, enzovoorts. Op sommige plekken hadden wij dit niet voorzien en brachten we menig persoonslid in de stress doordat wij vrolijk met onze schoenen aan liepen waar dit niet mocht... een enorme glimlach van ons, een diepe knik met het hoofd en sorry zeggen doet dan gelukkig wonderen!

En toen zat ook dit avontuur er weer op!

Groetjes Mark en Maaike

Annyeonghaseyo

Annyeonghaseyo (vertaling hallo),

Hierbij een update van onze avonturen in Zuid-Korea. Wij waren beiden erg benieuwd naar dit land omdat dit een land is waar je niet zomaar naar toe gaat. Beiden zijn we er over eens dat het een leuk land is waar je makkelijk kan reizen en wat erg westers is. Het is meer een vakantieland en is niet direct een land wat wij zouden aanraden. Maar dat neemt natuurlijk niet weg dat Zuid-Korea wel hele mooie en bijzondere plekjes heeft.

Ons Zuid-Korea avontuur begon al op het vliegveld in Beijing. Ons vliegtuig zou om 8.20 's morgens vertrekken en we zouden om 11.30 aankomen in Seoul. Wij waren natuurlijk mooi op tijd waardoor we rustig alles op ons gemakje konden doen. Bij het inchecken kregen we een plekje aangeboden bij de nooduitgang. Een prima plekje voor Mark's lange benen! Tot en met het instappen in het vliegtuig liep alles voorspoedig. Echter na een uur in het vliegtuig te hebben gezeten, moesten we weer uitstappen en in de vertrekhal gaan zitten. Het vliegtuig zou een onbekende vertraging hebben. De vertraging werd veroorzaakt door het slechte weer boven Seoul en het was te gevaarlijk om te vliegen. Na 10 minuten wachten werden broodjes en melk uitgedeeld. Nou dit betekende niet veel goeds, maar wel luxe dat we zo snel al iets te eten kregen. Om 11 uur mochten we weer het vliegtuig in, zou het toch nog mee vallen? Nou nee, om nog een heel verhaal kort te houden hebben we het volgende mee gemaakt voordat we om 8 uur 's avonds op het vliegveld van Seoul aankwamen: de landing in Seoul is door het slechte weer 2 keer afgebroken, we zijn weer naar China terug gevlogen, hebben daar getankt en zijn daarna weer naar Seoul gevlogen om daar toch maar te landen. Het was geen prettige vlucht, we hadden veel turbulentie en het idee dat je niet kan landen geeft je geen gerust gevoel. Gelukkig kwamen onze tassen snel en konden we vrij snel naar de metro en het hostel waar we heen wilden had gelukkig nog een kamer. De kamers in Zuid-Korea zijn heel bijzonder. Het is een vierkante ruimte met daarin 2 opgerolde matrassen. Je moet deze zelf uitrollen, je kussen is gevuld met pitten. Deze kamers worden ook wel ondels genoemd. Dit zijn de simpelste soort kamers van Zuid-Korea. We betalen 25 euro per nacht... de goedkoopste kamers van Seoul! We blijven namelijk wel nog op ons budget letten.

Seoul is echt een wereldstad. Het is immens groot en je kan hier alles krijgen en vinden wat je maar wil. We hebben de dagen in Seoul voornamelijk gebruikt om de stad te verkennen, dus shoppen hebben we niet zo veel gedaan, ondanks dat hier echt mega winkelcentra's zijn. Er wonen volgens de Lonely Planet bijna 25 miljoen mensen in en rond Seoul. Hiermee is het een van de grootste steden van de wereld. Echt ongelofelijk. Gelukkig voelt de stad niet enorm massaal. Dit maakt het leuk om hier rond te lopen. Bij de Dongdaemun is een park gemaakt dat zo uit Startrek kan komen. Echt een apart gezicht. Hele oude dingen samen met nieuwe dingen en er omheen groen. Apart maar beiden vonden we het wel iets hebben. Cheong-Gye-Cheon is een gebied wat midden door de stad loopt. Ooit liep door deze straat een verhoogde snelweg. Deze snelweg is echter verwijdert en ze hebben een verlaging gemaakt waar water stroomt en waar je langs kunt lopen. Een soort park door het midden van de stad heen. Een avond hebben we een stadwandeling gedaan. Een wandeling door het donker geeft wel een heel ander beeld over de stad. Er zijn hier heel veel lichten, beeldschermen, enz. Bergen neon reclame geven de stad echt een ander uiterlijk. We hebben 's avonds oa een bezoek gebracht aan de N Seoul Tower. Een berg midden in de stad waar vandaan we de hele stad konden zien. Op de heuvel zag je heel veel verliefde stelletjes. Er hangen hier bergen met sloten die worden opgehangen door verliefde stelletjes om de liefde te ‘locken'. Mark was hier helaas iets te nuchter voor en wij hebben deze unieke kans dus aan ons voorbij laten gaan.

Het hoogtepunt van Seoul was onze tour naar de Demilitarized Zone (DMZ). Op ongeveer 60 kilometer van Seoul ligt de grens tussen Noord- en Zuid-Korea. Na de Koreaanse Oorlog is er tussen Amerika, Rusland en Noord-Korea afgesproken dat zowel Zuid- als Noord-Korea geen militairen binnen twee kilometer van de grens mochten hebben. Rondom de grens is dus een 4 kilometer lang niemandsland wat ook wel de Demilitarized Zone wordt genoemd. Een gedeelte van de grens ligt in het midden van een rivier. De snelweg waar wij overheen reden bracht ons precies langs die rivier. Dan zie je dus aan twee kanten van het water grote hekken staan met enorm veel prikkeldraad en uitkijktorens aan beiden kanten van het water. Een rare gewaarwording! Zuid-Korea voelt super westers en veilig. Toen we hier echter reden voelde we wel aan dat het hier de koude oorlog nog lang niet voorbij is. De eerste stop was bij het Imjingak Park. In dit park is oa de Freedom Bridge. Over deze brug zijn 13.000 oorlogsgevangenen in 1973 uitgewisseld tussen Zuid- en Noord-Korea. Omdat al deze gevangenen de vrijheid tegemoet gingen heeft de brug zijn naam gekregen. Het is ook hier weer raar om militairen hier aan het werk te zien terwijl er ook heel veel toeristen doorheen lopen. Het geeft alles een beetje een raar gevoel! Hierna zijn we gereden naar de ‘3rd tunnel'. Zuid-Korea heeft vier tunnels ontdekt die door Noord-Korea gegraven zijn onder de DMZ zone door. Dit zodat ze een verrassing aanval konden uitvoeren in Zuid-Korea. De tunnels zijn gevonden omdat de architect van de tunnels was overgelopen, hij wist alleen niet waar de tunnels waren, alleen dat ze er waren... dit maakt het lastig zoeken. Er zijn echter maar vier tunnels gevonden en volgens de architect zouden er 20 tunnels in totaal zijn geweest. Een raar gevoel dat Zuid-Korea nog steeds mogelijkheden voor een inval zou hebben. De tunnel die wij bezocht hebben was bedoelt voor voetsoldaten, er konden 30.000 soldaten per uur door heen. De andere tunnels waren groot genoeg voor auto's en tanks. De tunnelwanden werden ingesmeerd met zwarte verf zodat het leek op een kolenmijn. Nu is de tunnel met betonnen muren dicht gemaakt en kan er niemand meer van Noord- naar Zuid-Korea en andersom. Voor ons was de tunnel overigens erg laag. De helm die we moesten dragen heeft dan ook meerdere keren zijn werk goed gedaan. Hierna zijn we gereden naar het Dora Observatory. Dit is een platform op een heuvel waar vandaan je over Noord- en Zuid-Korea kan kijken. Raar om zo over het landschap te kijken en de loopgraven oorlog in werking te zien. Je mag in het hele gebied overigens op heel veel plekken geen foto's nemen. Op deze plek mochten we alleen maar achter een gele lijn foto's nemen. Echter hierdoor kregen we alleen maar foto's van mensen op hun rug... niet echt de foto's die we graag wilde hebben. Overigens konden we het verschil tussen Noord- en Zuid-Korea erg goed zien. In Noord-Korea waren alle bomen weggehaald. Onze gids vertelde dat zij graag een vrij uitzicht wilden hebben. In Zuid-Korea staan echter heel veel bomen. De DMZ is overigens niet overal een niemandsland. Op de plek waar wij waren is in de zone een industrie gebied gemaakt. Dit om de samenwerking verder te stimuleren. Elke dag komen er mensen vanuit Noord- en Zuid-Korea naar toe om te werken. Meer Noord-Koreanen overigens want zij nemen genoegen met een lager salaris. Hierna gingen we door naar Dorasan Station. Dit is het laatste station van de trein in Zuid-Korea. Er is ooit bedacht dat de spoorlijnen van Noord- en Zuid-Korea hier met elkaar verbonden zouden worden. Het station is in 2002 geopend door George Bush. Zijn handtekening hebben wij hier ook gezien. Het station is echter tot op heden nog steeds niet aangesloten op Noord-Korea en gezien de huidige ontwikkelingen hier zal dit voorlopig ook nog wel niet plaats gaan vinden. Het is raar om het station te zien en alle gebouwen in de omgeving. Allemaal, bijna tot niet gebruikt, maar wel erg mooi en nieuw. De grenspost was een van de nutteloze gebouwen. De grens is namelijk dicht!

Wat in de metro van Seoul ons direct opviel waren de kasten met gasmaskers, voor het geval dat er een aanval vanuit Noord-Korea zal zijn. Het lijkt ons beklemmend wonen maar de mensen hier maakt het niet. Zij zijn natuurlijk ook al 60 jaar niks anders gewend. Nog even een weetje: jongeren moeten in Zuid-Korea 2 jaar verplicht in dienst. In Noord-Korea moeten meisjes 7 jaar verplicht in dienst en jongens maar liefst 10 jaar!!!

In Zuid-Korea zijn er veel BBQ restaurants. Nou dit wilden wij wel een keer doen. We kregen een pot hete kool in het midden van onze tafel (in een gat wat hiervoor gemaakt was) en hierop werd een rooster plaatje geplaatst. Hierna kon je het vlees erop leggen om dit te laten braden. We moesten even onze weg vinden, maar hebben hier uiteindelijk echt voortreffelijk gegeten! Helaas werden we bij het betalen van de rekening aardig in het ootje genomen. De mensen zagen er zoals overal in Korea enorm vriendelijk uit en we wisten niet wat ons eten precies moest gaan kosten. Omdat iedereen tot op heden eerlijk hier is geweest, dachten we dat dit hier ook wel het geval zou zijn. Uiteindelijk moesten we veel meer betalen dan dat het volgens ons zou moeten kosten. We zijn waarschijnlijk voor een tien euro opgelicht. Helaas! De volgende keer maar weer goed vooraf vragen wat de zaken moeten kosten.

Onze tweede bestemming was Sokcho. We hadden al van te voren geïnformeerd hoe vaak de bus zou gaan en deze zou 2 keer per uur gaan, we hadden dus gegarandeerd een bus. Bij het busstation konden we bijna direct in de bus stappen. Wat een luxe. In onze bus zaten maar 5 mensen. We zaten voorin, dus hadden ook veel beenruimte. Dit is wel wat anders dan India. Het was grappig dat ze bij het kopen van deze bustickets tegen ons zeiden dat het een kleine bus was waar weinig beenruimte zou zijn. Wij zijn echt wel anders gewend en vonden de bus meer dan prima. De reis zou 3 uur duren, maar naar 2,5 uur kwamen we al in Sokcho aan. Het was een zeer regenachtige dag. In het hostel kregen we eerst een 20 minuten duurde uitleg over wat er allemaal in Sokcho te beleven was. Gewapend met 2 paraplu's zijn we de regen in gegaan om het vissersdorpje wat beter te verkennen. Na een bezoek aan de vismarkt, de vuurtoren en de markt zijn we op aanraden van ons hostel naar een buffetrestaurant gegaan. Om ons restaurant te vinden moesten we opzoek naar de Pizza hut, want daarnaast zal ons restaurant zitten. Na een half uur lopen hadden het bijna opgegeven en toen zagen we hem. Voor 7000 won (4,66 euro) kan je hier per persoon eten. Het is een buffet, dus je mag zoveel als je wil eten. Mark is helemaal los gegaan bij de sushi en ik heb lekker kip, salades en patatjes gegeten.

De tweede dag in Sokcho zijn we naar Seoraksan National Park gegaan. We wilden een wandeltocht naar Ulsan Bawi maken. Deze tocht is 3,8 km lang maar daarbij moet je 875 de hoogte in. Het was een mooie tocht. We liepen vrijwel alleen en de temperatuur was heerlijk. In het begin was de tocht goed te doen. We kwamen langs een groot Boeddha beeld en een tempel. De laatste 1,5 km was erg pittig. We stegen alleen maar en de treden wisselde elkaar af van traptreden tot rotsblokken/keien. Toen we er bijna waren moesten we nog een trap bestijgen van 800 treden. Nou die trap was stijl en hoog. Het was een trap met open treden. Op sommige stukken was wel een klein plateau, maar op andere stukken moest je gewoon klauteren. Op een gegeven moment vond ik het wel genoeg. Ik merkte aan mijn lichaam dat het qua hoogte goed was. Ik ben ergens gaan zitten en Mark is het laatste stuk alleen verder gegaan. Het bleek nog een kwartier klimmen te zijn geweest. Ik heb genoten van mijn uitzicht. Mark heeft erg mooie foto's van de top gemaakt en het was wel jammer dat we er niet samen zijn geweest. Het uitzicht was erg indrukwekkend. De tocht naar beneden was even afzien, maar ging sneller dan omhoog. Het is wel grappig om te zien hoe alle mensen tijdens het wandelen waren gekleed. Ze waren in helemaal gekleed in wandelkleding met stokken. Maar de kleurencombinatie was soms wel een erg fel en vloekend. Het lijkt hier wel gewoon de mode.

De derde bestemming was Gyeongju, dit is de oude hoofdstad van Korea. We moeten om hier te komen 6 uur in de bus zitten. Nou om eerlijk te zijn draaien wij hier onze handen niet meer voor om en de bussen in Zuid-Korea zijn echt luxe. Dit keer waren er slechts 3 stoelen op een rij en ook nog eens een onderstuk van de stoel die omhoog kwam zodat we een voetenbank hadden. In Gyeonju regende het pijpenstelen. We hebben onze poncho uit de tas gehaald en eerst een stop gemaakt bij het toeristen informatie bureau. De mensen hier spraken redelijk Engels en hebben voor ons een aantal hotels gebeld. De eerste twee zaten helemaal vol. Gelukkig had de derde wel nog gewoon kamers vrij. Het blijft bijzonder dat de kamerprijzen binnen landen zo enorm ver uit elkaar kunnen liggen. Soms krijg je heel veel voor je geld en soms (zoals nu) net iets minder! Na een paraplu gescoord te hebben zijn we het dorp in gelopen. De volgende dag was het gelukkig droog. Het was wel erg bewolkt wat maakte dat het erg broeierig en vochtig was.. We zijn eerst naar Tumuli Park gelopen. In dit park zijn allemaal graftombes. Deze tombes zijn grote heuvels die bedekt zijn met gras. Erg apart om allemaal van de heuvels te zien. Eén tombe is toegankelijk voor mensen. Deze tombe is 13 meter hoog en heeft een diameter van 47 meter. De tombe is gebouwd eind 5de eeuw. Apart om hier binnen te lopen en het goud te zien liggen wat allemaal met de overledene is begraven. Hierna zijn we door gelopen naar Cheomseongdae. Dit is de oudste astrologische observatietoren die gebouwd is tussen 632 en 646 na christus. Er zijn 30 lagen (dagen in een maand), waarvan in elke laag 12 stenen zijn gebruikt (de maanden in een jaar). Onze volgende bestemming was Anapji Pond. Hier hebben we mooie lotusbloemen gezien. Echt super mooie en grote bloemen. Na genoten te hebben van de bloemen zijn we naar Bunhwang-sa gelopen. Hier staat een de oudste pagoda van Korea. We merken dat we iets zijn verwend de afgelopen 5 maanden en deze tempel maakte op ons niet heel veel indruk.

De busreis naar Busan, onze laatste bestemming in Zuid-Korea, was weer een eitje. We konden direct instappen en na een uur waren we in Busan. Na eerst even gesetteld te zijn, zijn we een rondje gaan lopen in de stad. We zijn echt weer in een wereldstad beland met 3,5 miljoen inwoners. We zijn eerst naar de vismarkt gegaan. In Busan kan je veel vis eten en dan vooral rauwe vis. Wat een stank was daar, maar wel leuke om alle soorten en maten vis te zien. Daarna zijn we naar de bioscoop gegaan om op de première dag naar de nieuwe Harry Potter te kunnen. Via met name Mark's handen en voeten hebben we 2 kaartjes gekregen. Omdat het 12 juli een feestelijke dag was, Mark en ik zijn 2 jaar bij elkaar, zijn we een lekker ijsje gaan eten bij onze favoriete ijscotent. In Busan zijn we 1 middag naar Shinsegae gegaan, dit is het grootste warenhuis ter wereld. De oppervlakte is 5,5 miljoen vierkante meter... hier kun je echt dagen doorbrengen zonder dat je twee keer hetzelfde hoeft te zien. Niet normaal hoe groot dit is! Er is hier echt van alles, van de meest luxe kledingmerken tot zeer goedkope elektronica en kleding. Wij hebben ons vooral verbaasd over de luxe hier. In het warenhuis was ook een ijsbaan, de grootste sauna van Korea, een golfbaan, een park en een bioscoop! De laatste dag in Busan zijn we naar de Beomeo-sa tempel gegaan. Deze tempel ligt helemaal aan de andere kant van de stad dus om er te komen moesten we eerst 50 minuten met de metro en toen nog eens 10 minuten met de bus om de ingang te bereiken naar nog eens 15 minuten lopen. Gelukkig was de tempel het wel meer dan waard. De tempel was erg mooi en het was mooi om de mensen hier hun geloof te zien beleven. De tempel heeft de mogelijkheid om in een ‘bootcamp' te gaan. Hiermee kun je in reine komen met jezelf. Je moet hiervoor echter wel hard werken. Wij zagen vele mensen die op hun knieën moesten gaan om daarna weer op te staan en daarna weer op de knieën. Om dit dan 108 keer uit te voeren... wij hadden te doen met de mensen. Hierna wilden we terug gaan naar de metro. Op de terugweg raakte we aan de praat met een man die ons vervolgens uitnodigde om te eten in de tempel. Dit konden we natuurlijk niet afslaan! Wij vonden het samen eten erg leuk. De mensen waren echt verbaasd dat wij een jaar konden reizen. Dan moesten we wel heel rijk zijn... misschien zijn we dat ook wel. Na de lunch zijn we naar Geumjeong Fortress gegaan. Dankzij een slechte voorbereiding bleken we niet naar een fort te gaan maar naar een wandelgebied... foutje! Deze wandelingen ging rond oude stadsmuren die hier staan. Dit is een muur van 18 kilometer lang. Hier hadden we niet de juiste schoenen voor aan en hadden we eigenlijk ook allebei niet heel veel zin in. We kozen er dus voor om met de kabelbaan omhoog te gaan en zijn alleen naar de zuid ingang gelopen. Hier hebben we een stuk van de muur gezien maar konden hierdoor ook na een uur alweer terug. Dit paste meer bij ons energie niveau! De muur was aardig maar niet de Chinese muur die we ons hadden voorgesteld. We hebben ons hier wel weer vermaakt over de kleren van de wandelaars hier. De meest felle kleuren en de zonnekleppen die ze hier dragen zijn echt enorm groot. We verbazen ons er wel over dat de mensen hier niet bruin willen zijn maar juist wit. De vrouwen smeren zichzelf ook in met crème die je wit maakt. Wat hier ook erg bijzonder is, is het geduld van de mensen bij stoplichten. Voetgangers moeten hier echt onmogelijk lang wachten bij een oversteekplaats. In Nederland zou echt iedereen door rood lopen. Hier niet, hier wacht iedereen net zo lang tot het licht groen wordt. Iedereen behalve Mark en Maaike. Wij zijn dit wachten soms echt wel zat en als er dan toch niks aan komt willen wij de regels nog wel eens breken. Een ander opvallend iets is dat personeel in winkels vaak enorm aan het buigen is voor de klanten. Ze buigen af en toe zo ver dat we ons er echt ongemakkelijk bij beginnen te voelen. Zoveel onderdanigheid hoeft van ons niet.

Onze laatste bestemming, voordat we op 3 augustus voor 3 weken naar Nederland komen, is Japan. We zijn wederom weer erg benieuwd en hopen over een kleine 3 weken weer een mooi verhaal op onze site te kunnen zetten. O ja, voor wie het nog niet wisten, we gaan 26 augustus gewoon weer verder met onze reis! Onze contineten worden dan Afrika en Zuid Amerika! Wat een luxe he!

Annyongi kyeseyo (vertaling: dag)

Mark en Maaike

China

Hallo,

Het is al weer een paar weken geleden dat jullie iets van ons hebben gehoord, dus hier zijn we weer. Op het moment zitten in Beijing en zijn we onze laatste dagen in China aan het beleven. Wat een bijzonder land is dit! We hebben heel wat kilometers gemaakt om uiteindelijk in Beijing aan te zijn gekomen. We zijn gestart in Kunming en toen naar Yangshou, Dazhai (Dragon's Backbone Rice Terraces), Sanjiang, Zhangjiajie en Xi'an gegaan. Beiden hebben we ondanks de taalbarrière genoten van het moois wat China heeft te bieden. Jullie zullen dit na het zien van onze foto's denken we wel beamen.

We zijn met een slaapbus van Laos naar China gegaan. Dit hield in dat we 20 uur in de bus moesten zitten/liggen. Even een beschrijving van een slaapbus. Dit is een bus met allemaal 1 persoonsbedjes van 1,70 bij 60 cm en er is geen wc aanwezig in de bus. We hadden echter geluk dat het rustig was in de bus, dus konden we achterin de bus liggen. Hier heb je 5 bedden naast elkaar. Wij hadden echter deze 5 bedjes voor ons alleen! De tocht was lang en we maakte redelijk wat stops om mensen op de pikken (het maximale aantal mensen in de bus is nooit boven de 15 uit gekomen). We gingen over vele bergen heen dus we draaide wat af en de hobbels waren af en toe ze hard dat we met ons hele lichaam de lucht in vlogen. Het uitzicht was schitterend dus dat maakte veel goed! De grens met China was apart. De bus die ontsmet werd, alle bagage die uitgebreid gecontroleerd werd en het niet spreken van de Engelse taal maakt zo een overgang altijd wel weer even spannend. Uiteindelijk was het allemaal een eitje en nu zijn we in China! Het verschil is wel gelijk heel duidelijk. Er zijn in China vele mooie gebouwen. Alles voelt westers aan en er is hier gewoon veel meer geld dan in Laos. Daarnaast is het heerlijk dat de wegen hier zo enorm goed zijn. Wel apart dat alles in het Chinees staat aangegeven en dat er nauwelijks Engels gesproken word. Het maakt het er allemaal niet even makkelijk op! Bijvoorbeeld aangeven dat de bus moet stoppen omdat wij moeten plassen. Dit was iets wat wij niet duidelijk konden maken... (of dat de chauffeur niet wilde begrijpen). Dan is de taalbarrière best even vervelend! Aangekomen in Kunming hebben we direct fietsen gehuurd om de stad een beetje te ontdekken. Kunming is echt enorm westers. Je hebt hier echt alle westerse winkels die wij ook uit Nederland kennen, alleen in een veel grotere hoeveelheid. Vanuit Kunming wilden we onze reis naar Tibet regelen maar helaas is de grens van Tibet dicht voor toeristen. We hadden allebei zo een zin om hier heen te gaan. Maar zo als altijd: er gaat 1 deur dicht en er gaan er twee open.

We hebben na 1 nacht Kunming besloten direct de nachttrein naar Yangshuo te nemen. Om daar te komen moeten we met de trein naar Guillin en dan met de bus naar Yangshuo. De treinreis zou 18 uur duren. Het treinstation van Kunming was echt heel luxe en bijzonder. We moesten door een metaaldetector en onze tassen door een scanner. Je verzamelde voor 3 treinen in een grote hal. Om een bepaalde tijd gaan er 3 poorten open en deze poorten zijn alleen voor 1 trein bestemd. De kaartjes worden gecontroleerd bij de poort. Het kan dus nooit zijn dat je in een verkeerde trein zit. Bij elke deur van de trein staat een conducteur om te controleren of je in de goede coupe in stapt. Wij draaien onze hand niet meer om voor een treinreis van 18 uur en we waren dan ook zo in Yangshuo. In Yangshuo sliepen we in een guesthouse bij de mensen in huis. Het is raar dat je gewoon bij de mensen over de vloer bent. Het leuke en vooral lekkere was dat het inclusief eten was. We kregen drie maaltijden per dag! We konden na aankomst snel aanschuiven voor het avondeten. Dit wordt geserveerd in de eetkamer waar een grote ronde tafel staat met een grote ronde glazen plaat erop. Op deze plaat worden vele verschillende gerechten geserveerd. Daarnaast kregen we een kommetje rijst. Het eten was heerlijk, we hebben beiden zitten smullen! In Yangshuo hebben we verschillende dingen gedaan. We zijn oa op de Farmers market geweest. Dit is een markt waar je eten kan kopen. De eerste hal waar we in kwamen was de vlees en vis hal. Er lagen overal stukken vlees en levende vissen. Hoe vers wil je het hebben. Het stonk er verschrikkelijk en op de padden lagen levende vissen die probeerde te ontsnappen. Achter in de hal zag Mark gevilde honden hangen. Toen we er langs liepen zagen we een kleine kooi met wel 30 poesen die boven op elkaar lagen. In eerste instantie dachten we dat ze dood waren tot dat we ze hoorde miauwen. Een heel akelig en zielig gezicht, want ze waren gewond en zo mat. Echt verschrikkelijk. Maaike wist niet hoe snel ze hier weg moest komen. Schildpadden en kikkers zie je ook veel. Allemaal om op te eten... wij hebben hiervoor bedankt! Daarna zijn we naar de toeristen straat gegaan. Nou en deze was toeristisch. Mark die zeven jaar geleden ook hier was, herkende de straat niet meer terug. Het was een en al souvenirwinkels en eetgelegenheden. We zijn van mijn verjaardagsgeld naar een lichtshow geweest. De Liu San Jie lichtshow; een befaamde lichtshow op de Li-rivier, gechoreografeerd door dezelfde regisseur van de openingsceremonie van de Beijing Olympische Spelen en bekend als het grootste natuurlijke podium in de wereld. De lichtshow is een licht- en muziekspektakel waarin een zeshonderdtal lokale boeren, vissers en dieren dagelijks optreden voor een publiek van 4000 mensen. Wij vonden het een erg leuke en mooie show en hebben ons er meer dan mee vermaakt! Wel apart om te ervaren dat de mensen om ons heen gewoon de hele tijd zaten te praten. Het was geen seconde stil. Tevens werd er ook niet geapplaudisseerd aan het einde. Veel mensen liepen 2 minuten voor het einde al weg. Erg vreemd en onwerkelijk vanuit ons Nederlandse perspectief. In Yangshuo kan je heel mooi fietsen. Dit hebben we dan ook 2 dagen gedaan. De eerste dag hebben we een schitterende route gefietst door het Yulong riviergebied. Het landschap is hier prachtig. Ver uitgestrekte rijstvelden, kleine dorpjes, oude uit rots vervaardigde bruggen en kalksteenrotsen op de achtergrond. De tweede dag zijn we op de fiets naar de Moon hill gegaan. Om bij de Moon hill te komen moet je 800 treden omhoog. De klim was heftig en zeer zwaar. Het was erg warm en beiden hadden we het zwaar. De klim was gelukkig wederom de moeite waard. Wat een uitzicht. De Moon hill heet zo omdat er een gat in de heuvel zit die op de maan lijkt. Dit gat is ontstaan doordat er eerst een grot in de berg zat. De grot is ingestort, maar de ingang is intact gebleven. We zijn ook naar een grot geweest. We konden ons verkleden (badkleding aan) en gewapend met een helm gingen we met een bootje de grot in. Het was heerlijk koel in de grot. Na 2 minuten varen moesten we helaas uit het bootje en moesten we gaan lopen. We gingen door de grot lopen. Beiden waren we erg blij dat we een helm op hadden want we hebben wel een aantal keer onze hoofd gestoten. Mark moest een aantal keer op handen en voeten door een gangetje omdat het zo laag was. We gingen eerst naar een modderbad waar we elkaar lekker konden insmeren. Na ons afgespoeld te hebben mochten we na een stukje lopen plaats nemen in een hotspring. De hotspring was na ons idee niet natuurlijk. Dit was wel lekker. Na gebadderd te hebben gingen we weer terug.

De reis van Yangshuo naar Dazhai viel ons zwaar tegen. Hadden we maar Chinees geleerd!
Onze eerste trip was Yangshuo-Guillin, deze verliep naar wens. Op het busstation moest we de bus naar Longsheng hebben. Echter kon niemand ons uitleggen hoe we daar moesten komen. Iedereen wees een kant op en niemand sprak Engels. Uiteindelijk zei iemand bus 91, maar waar die was kon hij ons niet duidelijk maken. We moesten in ieder geval weg bij het busstation. Verhit en balend besloten we om naar de hoofdweg te lopen om daar in een hotel het te vragen. Na een hotel te hebben gevonden waar ze Engels spraken konden we de man niet goed uitleggen wat we wilden. Met een briefje in het Chinees dat we naar Longsheng wilden, vertrokken we weer. Op een gegeven moment zagen we een bus 91 rijden. Echter was dit een stadsbus. Mark met de Lonely Planet in de hand de bus in. De chauffeur knikte dat het goed was. We moesten 4 yuan betalen, of te wel 50 euro cent. Dit kon nooit goed zijn want het moest samen minstens 50 yuan kosten. Dus wij 2 haltes verder maar weer snel de bus uit om terug te lopen naar het busstation. Daar stonden we dan, niemand die goed Engels sprak en waar moesten we nu heen? Uiteindelijk vonden we een vrouw die ons kon helpen. We moesten toch de bus hebben waar we net uit waren gestapt en die zou ons naar een ander busstation brengen waar de bussen naar Longsheng vertrokken. Het was een enorm zware bevalling maar uiteindelijk zijn we via Longsheng op onze bestemming in Dazhai aangekomen! Het dorp is erg primitief en klein, maar erg sfeervol door alle rijstvelden tegen de berg aan. We zijn wat in het dorp gaan rondlopen, maar hij was zo klein dat we al snel ergens wat zaten te drinken met een hapje erbij. Er zijn geen wandelkaarten van de omgeving dus met ons beste Chinees hebben we het startpunt van onze route gevonden. De weg omhoog was stijl, maar o zo mooi. We hebben het eerste uur wat last van regen gehad, maar daarna viel het gelukkig mee. Tijdens de wandeling liepen we door verschillende dorpjes en hadden we mooie uitzichtpunten. Van bovenaf kon je de rijstvelden die tegen de berg aan liggen heel mooi zien. Erg gaaf.

Om naar onze volgende plek te komen moesten we een gokje nemen. We wilden naar Zhangjiajie maar wisten namelijk niet zeker of we er konden komen. Ons doel van die vandaag was om in ieder geval aan te komen in Sanjiang. Zonder al te veel moeite kwamen we in Sanjiang aan. Maar ja toen begon de ellende! Hoe leg je in het Chinees uit dat je van het busstation naar het treinstation wil? Na lang zoeken en meerdere keren de weg vragen was er een chinees zo vriendelijk om met ons mee te lopen naar een taxi en ons naar het treinstation te brengen. Wonder boven wonder kwamen we 10 kilometer buiten de stad ook echt op het treinstation aan! Om naar Zhangjiajie te komen moesten we nu nog een treinticket kopen. Met de Chinese woorden Zhangjiajie, softsleeper en hard-seat en handen en voeten kwamen we heel ver. Uiteindelijk zijn we weg gelopen met 2 treinkaartjes. Helaas zijn dit zitplekken, want slaapplekken voor dezelfde nacht waren uitverkocht. De trein zou om 00.20 vertrekken en de reis zou 8 uur duren. Het was half 4 toen we de treinkaartjes in handen hadden. We moesten dus nog even wat tijd overbruggen. We zijn in een eettentje gaan zitten en Mark heeft wat gegeten. Op een gegeven moment gaf de jongen aan dat ze ook kamers hadden. Na een eerste keer het te hebben afgeslagen, zijn we er toch maar op in gegaan. Het leek ons toch wel lekker om nog even wat te slapen. Echter de kamer was verschrikkelijk. Hier wil je niet dood gevonden worden. Dus snel liggen en ogen dicht doen. Echter om half 11 schoten we beiden wakker van een gekraak en ja hoor wat liep er door de kamer een grote rat. Nou je begrijpt we zijn direct de kamer uit gegaan en vast bij de trein gaan zitten. Onze trein zou om 00.20 aankomen. Echter om half 2 was hij er nog steeds niet. Erg vreemd. Op een gegeven moment kwamen er mensen van de trein naar ons toe en probeerde uit te leggen dat de trein vertraging had. Wij begrepen er natuurlijk niets van, spreken namelijk geen Chinees! Mensen probeerde ons met hun beste Engels uit te leggen dat de trein pas om 4 uur zou komen, maar ze zeiden dat we de trein hadden gemist. Klinkt bijna hetzelfde toch? Gelukkig was er een persoon die kon tolken, we waren heel blij toen we uiteindelijk begrepen dat we de trein niet hadden gemist maar tot 4 uur moesten wachten! Er waren nog ongeveer 15 mensen die ook met onze trein moesten. Echter kregen deze mensen net zo weinig informatie als ons. De trein kwam niet om 4 uur, ook niet om 5 en 6 uur! Uiteindelijk na zeker 6 keer naar buiten te zijn gegaan als er een trein aankwam, kwam de trein om half 7 binnen rijden. Met 6 uur vertraging en niet geslapen te hebben zijn we maar ons plekje op gaan zoeken. Nou dit beloofde ook niet veel goeds. Wat een bende in de trein, iedereen gooit zijn etenswaren op de grond, roggeld en spuugt dit daarna uit. We zaten hutje mutje. Van slapen kwam de eerste paar uur weinig en o wat waren wij moe. Na een paar uur gingen veel mensen de trein uit, dus konden we eindelijk liggen. In plaats van om 8 uur in de morgen kwamen we om half 3 helemaal gebroken aan in Zhangjiajie.

Zhangjiajie is een gebied waar zeer weinig toeristen komen, wat wij niet begrijpen. We raden dan ook iedereen aan om er naar toe te gaan. We hebben hier super mooie dagen gehad. We zijn 1 dag naar de Tianmen mountain gegaan. Kijk even naar de volgende powerpoint presentatie (http://www.authorstream.com/Presentation/KGR1125-495256-tianmen-mountain/), dan kunnen jullie mee bleven wat wij hebben gezien! De berg ligt op 1300 meter hoogte en de stad op slechts op 200 meter. We zijn dus ruim een kilometer omhoog gegaan met de kabelbaan. Dat hebben we gemerkt. We zijn echt over enorme dalen gegaan, wat was dat spectaculair! Maaike die last heeft van hoogtevrees heeft het allemaal doorstaan! De bovenkant van de berg is enorm mooi. We hebben er een wandeltocht gemaakt van ruim 3 uur. De eerste twee uur liepen we langs de zijkant van de berg. Het pad hiervoor is echt aan de zijkant van de berg gemaakt. Onder ons moeten volgens de foto's die wij hebben gezien een ravijn van ruim 700 meter, er was echter bewolking dus wij konden dit niet zien. We vonden dit allebei niet heel erg. Ook deze mist had zeker iets en gaf de hele omgeving een magische gevoel. Tijdens de wandeling kwamen we ook nog langs een punt waarop een uit stekend stuk is, waarop je kon lopen. De vloer was alleen van glas gemaakt. Dit gaf echt een raar gevoel maar was super cool! Hierna hebben we de kabelbaan terug genomen en zijn er halfweg uitgegaan. We zijn toen naar de ‘Poort naar de hemel' gegaan. Dit was ooit een grot op de berg. Door erosie is echter de grot ingestort en is alleen nog de ingang overgebleven. Een poort dus! Om bij de poort te komen moesten we eerst over een weg met 99 bochten. De weg is echt super (al moet je niet gevoelig zijn voor wagenziekte!). Wij genoten vooral van het uitzicht! Het laatste stuk naar de ‘hemel' moesten we toch echt zelf afleggen. Dit was een steile trap met 999 treden. Een zware klus maar meer dan de moeite waard. Het licht door de wolken die steeds kwamen en weer weg gingen was erg mooi. Boven stonden we echt in de wolken. De hele ervaring was heel bijzonder. Na de ‘hemel' te hebben bezocht was het tijd om terug te gaan naar ons hotel. Om bij te komen van al onze belevenissen en reisdagen hebben we 2 dagen 'niets' gedaan. Na 2 dagen 'rust' moest er natuurlijk weer wat actie komen. Nou dat hebben we beiden geweten. We hebben 2 dagen gewandeld in het Zhangjiajie National Park. Al vrij snel werd duidelijk dat er veel Chinezen naar dit park komen. In totaal hebben we 3 westerse toeristen gezien en heel veel Chinezen! Dat vonden we wel heel bijzonder. Onze eerste wandeling ging naar Yellow Stone Village. Dit was een pittige wandeling. We moesten 2 uur lang de berg op klimmen. We hadden beiden nog niet zoveel gezweet. We waren dan ook blij toen we eindelijk boven waren. Achteraf kwamen we er achter dat bijna iedereen met de kabelbaan omhoog gaat en naar beneden wandelt. Onderweg zagen we veel apen, die niet gevoerd mochten worden. Maar ja, Chinese houden zich niet aan de regels dus de apen werden lekker verwend met lekkere snoepjes. Boven op de berg hebben we nog een wandeling gemaakt van ongeveer 1,5 uur. Het uitzicht was echt super mooi. Er staan hier allemaal bergen die erg smal en hoog zijn. Het lijken net blokkentorens. Deze omgeving is uniek en nergens anders op de wereld te vinden. De bergen zijn gebruikt in de film Avatar, waar ze de floating moutains worden genoemd. Hierna zijn we naar beneden gaan wandelen. Zoals altijd nemen wij het pad wat iets minder vaak bewandeld wordt. Hierdoor hebben we anderhalf uur op een pad naar beneden gelopen die enorm glad was door algen aangroei. Het was een mooie en heerlijk rustige route maar wel iets gevaarlijk. Wij waren dan ook blij dat we weer veilig beneden waren. Om bij ons hostel te komen (sliepen namelijk in het park) moesten we echter de Golden Whip Stream route nog helemaal aflopen. Volgens ons hostel in Zhangjiajie waren beiden routes 3 tot 4 uur wandelen. Wij waren echter niet helemaal gerust hierop aangezien wij over de eerste route al 5 uur hadden gedaan en het ondertussen al half vier 's middags was. Het bleek uiteindelijk allemaal mee te vallen aangezien de tweede route vrij vlak was en er waren slechts een paar kleine klimmetjes. Deze route volgt een watertje dat tussen de bergen door stroomt. Wij vonden het erg mooi om de bergen ook vanuit dit perspectief te kunnen zien. Juist hierdoor viel het ons op hoe groot en hoog de bergen/ torens waren. Deze tweede route hadden we in een kleine twee uur gelopen. Nu moesten we alleen nog ons hostel zien te vinden. Dit bleek minder eenvoudig als dat het leek. Volgens meerdere mensen moesten we met een lift naar boven toe. Ons hostel had ons echter uitgelegd dat we er met de bus konden komen. Ons is nog steeds niet duidelijk hoe en wij hebben dan ook maar de lift genomen. Deze lift ging in een minuut naar 350 meter hoogte. Het schijnt de hoogste lift ter wereld te zijn. Wij vonden het spectaculair. Vooral omdat de zijkant van de lift van glas was en we dus een schitterend uitzicht hadden. Op het einde, was de aarde wel heel erg ver onder ons!! Hierna hadden we snel de bus naar ons hotel gevonden. Het hostel was simpel maar voldeed aan de belangrijkste eisen, warm water en een schoon bed. We zijn vrijwel direct in slaap gevallen. De tweede dag hebben we de Yuanjiajie route, Greatest Natural Bridge gelopen. Dit was een erg mooie route van ongeveer 3 kilometer die langs de rand van de berg liep. Hierdoor hadden we steeds schitterende uitzichten over de vallei met hierin allemaal mooie berg torens. Een van de meest opmerkelijke formaties was de natuurlijke brug. Dit is een verbinding tussen twee berg torens op 320 meter hoogte van 4 meter breed, 20 meter lang en 5 meter dik. Best raar om hier overheen te hebben gelopen. Want wat is het diep naast ons! Wederom hebben we vandaag nauwelijks westerse toeristen gezien. Het barste wel weer van de chinezen. Gelukkig gaan zij maar naar een paar plekken toe en gaan daarna snel door naar de volgende plek. Wij lopen de hele route en zo kwam het regelmatig voor dat het op 1 punt echt belachelijk druk was om daarna 50 meter verder helemaal alleen te lopen. Op de plekken waar veel chinezen waren moesten we natuurlijk regelmatig met deze mensen op de foto. We lijken wel beroemd! Om 11.30 hadden we deze route afgelopen en hebben we de bus gepakt naar Tianzi Mountain. Een berg in het Wulingyuan gebied. Hier hebben wij eerst een paar uitzichtpunten bezocht om daarna via het heavenly platform en de southern heavenly platform af te dalen. De namen die ze hier allemaal aan de bergen geven zijn enorm creatief. Helaas hebben sommige bergen meerdere namen en is dit niet op de route kaarten allemaal goed aangegeven hierdoor was de route meerdere malen erg moeilijk te volgen. Gelukkig waren er genoeg mensen die ons de weg konden wijzen. De afdaling vanaf de berg was erg mooi en lekker rustig. De totale afdaling was ongeveer 5 kilometer. Bij elkaar hebben we in 2 dagen zeker 28 kilometer gelopen en dat voelde we ook wel!

Omdat we weer verder wilde moesten we 16 uur in de bus liggen. Onze volgende bestemming was Xi'an. Dit keer moesten we alle twee in een apart bedje. Mark was iets te groot voor het bedje maar als hij in een foetushouding ging liggen paste het prima, dus niet zeuren! De busreis liep voorspoedig, alleen was er een baby mee die wel regelmatig moest huilen. Onderweg hebben we nog erg veel regen en onweer gehad maar dat maakte de buschauffeur niet uit, die reed lekker hard door! Na mijn idee vergat hij ook soms dat er mensen misschien moesten plassen. We maakte weinig tussen stoppen dus elke stop hebben we dan ook maar benut om even te plassen. Dit is wel het nadeel van zo'n een lange busreis in een bus zonder wc. Je moet psychologisch in ieder geval de hele tijd plassen. Rond half zeven ‘s morgens de volgende dag kwamen we op het busstation van Xian aan. We zijn met een tuktuk naar ons hostel gegaan. Xi'an is echt een heel luxe stad. Wat een auto's en winkels. De meest luxe winkels kan je hier vinden. We zijn naar de Bell en Drum tower geweest. Dit zijn 2 gebouwen waar ze 's morgens en 's avonds de bel luidde. Xi'an zelf heeft weinig oude gebouwen meer. Op de terugweg naar het hostel wilden we even een treinticket naar Beijing kopen. Nou dat was dus niet zo makkelijk. Voor de komende 10 dagen zaten alle treinen vol, wat betreft sleepers. We konden wel nog 2 softsleepers krijgen voor 180 euro. Nou dat was ons een beetje te veel. We hebben genoegen genomen met 2 zitplekjes. Dat wordt dus weer bijna 12 uur lang afzien! Xi'an is bekend om zijn Terracotta Leger. Bij de ingang lieten we onze studentenkaarten zien en ja hoor het is ons weer gelukt. In plaats van 110 Yuan per persoon betaalde we nu dit samen. Wat een koopje!! Op advies van de Lonely Planet zijn we eerst de film gaan kijken voordat we naar de hallen gingen. De film was wat ouderwets. We zijn eerst naar de kleinste hal geweest en dit opgebouwd naar de grootste hal. Wel bijzonder om te zien hoe dit is gemaakt. Ze hebben nog lang niet alles gevonden en wat ze hebben gevonden zijn allemaal puzzelstukjes. Wel gaaf om in de grootste hal al die soldaten met paarden te zien. Het is erg warm buiten dus we waren blij dat het in de hallen wat koeler was.

Om half 7 's avonds vertrok onze trein naar Beijing. Op het treinstation was het erg druk. Het leek wel het centraal station van Amsterdam tijdens Koninginnedag! Gelukkig hebben we hier maar een half uur in hoeven te wachten. Toen gingen de poorten richting het perron open en kon iedereen gaan duwen om zo snel mogelijk de trein in te kunnen. Wij moeten het helaas doen met hard Seats (de goedkoopste stoelen die er zijn). Hierdoor zitten we hutje-mutje in de trein. Om 18.32 uur vertrok de trein en hebben wij ons zo goed en zo kwaad als het ging geïnstalleerd. Zoals jullie waarschijnlijk al verwachtte het was een zeer lange nacht. Vanwege de drukte, de zitplaatsen en het lawaai om ons heen hadden we erg veel moeite om de slaap te vinden. Mark heeft zich lange tijd vermaakt met luisterboeken. Beiden hebben we deze nacht ongeveer 4 uur geslapen. We waren dan ook blij toen de trein aankwam in Beijing. In ons hostel hier kunnen we zelf koken, dus Mark is rond 15.30 uur een wandeling gaan maken naar een grote Carrefour op 3 kilometer afstand van ons hotel. Daar kon hij de ‘weekboodschappen' halen. Echter duurde het meer dan 3 uur voordat hij terug was in het hostel. Ik maakte me dan ook wel wat ongerust. Mark had zich verkeken op de wandeling, in de winkel werd toen hij bijna klaar was zijn karretje gestolen en de wandeling terug was wel erg zwaar. Mark had namelijk bedacht om 15 liter water, een watermeloen en voor 4 dagen eten in zijn eentje terug te sjouwen. Tja, nadat een paar keer zijn tasjes op straat stuk gingen en het toch wel erg zwaar (+/- 30 kilo) was besloot hij om het laatste stuk toch maar met een taxi te gaan. Ik was blij dat hij veilig terug was en het resultaat was dat we 's avonds pannenkoeken hebben gegeten! We zijn 7 dagen in Beijing geweest. We zijn oa naar Beijing Zoo geweest voor ongeveer 2 euro, om oa de pandaberen te zien. Het park was erg mooi, maar de hokken van de dieren waren erg kaal, klein en slecht onderhouden. Erg zielig om sommige dieren er zo bij zien te zitten. Het is ongelofelijk hoe de Chinese bezoekers met de dieren om gaan. Er worden sigarettenpeuken door de tralies geduwd en de dieren worden gevoerd, ondanks dat er borden staan dat dit niet mag. In NL hebben de dieren het echter wat beter. Bij een kuil waar een bruine beer in zat was ook een poes. Volgens Mark was dit voor de gezelligheid, ik denk dat iemand die poes in de kuil heeft gegooid. Natuurlijk zijn we ook naar het Plein van de Hemelse Vrede of te wel Tiananmen-plein geweest. Het wordt het grootste plein ter wereld genoemd. Het plein kwam internationaal in het nieuws toen op 4 juni 1989 een studentenprotest, waaraan naar schatting een miljoen studenten en burgers deelnamen, bloedig werd neergeslagen. In het midden van het plein staat het mausoleum waar Mao Zedong sinds 1997 opgebaard ligt. Mark had mij voorbereid op 2 uur lang wachten, echter binnen 20 minuten waren we binnen. Het lichaam van Mao is gebalsemd en je kan zijn gezicht zien. Binnen 30 seconden stonden we weer buiten. Onze volgende stop was de Verboden Stad die aan het Plein grenst. De Verboden Stad was de plaats van waaruit de Chinese keizers van de Ming- en de Qing-dynastie hun rijk bestuurden. Het hoogtepunt van Beijing was voor ons het bezoeken van de Chinese muur. We zijn eerst 3 uur gaan rijden om op een afgelegen deel van de muur te komen. De plek heet Jinshanling. Aangekomen bij de muur, bleek de kabelbaan dicht te zijn. Dit betekende dat we zelf omhoog moesten klimmen om op de muur te komen. Nou dit was even een stijlen maar vrij snelle klim. Het plan was om de tocht van Jinshanling naar de Simatai te lopen. Helaas is de Simatai dicht vanwege renovatie. Nu konden we tot de poort en weer terug lopen. Het was een mooie en indrukwekkende tocht. De muur loopt van de ene heuvel naar de andere wat maakt dat je daalt en stijgt. Er waren erg stijlen stukken wat maakte dat ik soms op handen en voeten naar boven of beneden ging. Sommige stukken waren ook vervallen dus waren er geen treden meer. Het laatste stuk heb ik voor lief gehouden omdat het mij te stijl werd. Mark is wel tot het einde gelopen. Even kort een stukje geschiedenis: De Chinese Muur of Grote Muur is een uit aarde en stenen opgetrokken verdedigingswal in het noorden van China. De 6.259 kilometer lange verdedigingswal, die in het Chinees Muur van 10.000 li (6440 kilometer) heet, moest het Chinese Keizerrijk beschermen tegen vijandelijke nomadische ruitervolkeren en strekt zich uit van Shanhaiguan bij Bo Hai (300 km oostelijk van Peking) tot Lop Nur in het zuidoostelijk deel van de autonome regio Sinkiang. De gehele verdedigingslinie, inclusief verdedigingsgroeven van 359 kilometer en 2.232 kilometer aan natuurlijke grenzen (rivieren, heuvels en bergen), heeft een lengte van 8.850 kilometer. Het eerste deel van dit bouwwerk werd vanaf circa 200 v.Chr. uit gestampte aarde opgetrokken door de Oud-Chinese Qin-dynastie. Onder zeer slechte omstandigheden werkten meer dan een half miljoen arbeiders aan de Muur. Men beweert zelfs dat voor elke meter een man is gestorven. Meer dan een miljoen mensen bewaakten de muur vanuit ruim 1000 forten en uitkijktorens. Als de vijandige legers naderden, staken ze een mengsel van hout, stro en mest in brand. Eén dikke rookwolk betekende 500 soldaten, vier rookwolken betekende 10.000 vijandige soldaten. De laatste dagen zijn we nog naar het Zomerpaleis, het Olympisch gebied en een Chinese acrobatenshow geweest. Ook erg grappig is dat we in Beijing Marlijne en Wijnand hebben ontmoet. Zij is een oud collega van Mark en zij zijn net als ons op wereldreis. Erg leuk om samen verhalen en ervaringen hier te kunnen delen.

Al met al hebben we heel veel gezien, gereisd en met name genoten van China! Onze volgende bestemming word Zuid-Korea!

Groetjes,
Mark en Maaike

Laos het groene paradijs

Hoi allemaal,

Op het moment dat ik dit stuk aan het schrijven ben zitten we al in China. De tijd gaat zo snel dat we niet moeten vergeten om het thuisfront op de hoogte te houden van onze belevenissen. Laos, een groen paradijs, hebben we nu achter ons gelaten. We hebben genoten van dit land dat veel rust en vredigheid uitstraalt. Dus wederom een aanrader voor als je ooit een keer naar Azië wil gaan. Onze route heeft er als volgt uit gezien: Don Det (Four Tousand Islands), Pakse, Vientiane, Vang Vieng en Luang Prabang.

Om Laos binnen te komen moet je visum hebben die wij al van te voren hadden geregeld. Bij de grens moesten we de douanebeambte ‘stempelgeld' betalen. Het zetten van een stempel in je paspoort is erg zwaar werk namelijk! Onze eerste stop in Laos was Don Det. Om in Don Det te komen moet je met de boot. Don Det is namelijk een eiland in de Mekong rivier. De Mekong rivier kan hier in het regenseizoen wel 14 kilometer breed worden en er zijn dan ook een meerdere eilanden hier die permanent bewoond worden. Don Det is een eiland waar heel veel bungalows aan het water zijn. Klinkt heel luxe, maar het is echter gewoon een houten hutje... toch heeft het met deze omgeving wel iets heel erg leuks en sfeervols. Na een lange wandeling van bijna 45 minuten met onze rugzakken op vonden we een leuk plekje om te slapen bij Mama Leuah. Een erg lieve vrouw runt hier de boel en heeft 's avonds heerlijk Lao Laap (kip met munt en andere kruiden, Liesbeth dit is een aanrader en echt Laosaans eten!) met sticky rice voor ons gekookt. Ons hutje is erg primitief, heeft koud water, een sta wc en overal kieren. Op onze kleine veranda hangen 2 hangenmatten waar we heerlijk in hebben gerelaxed. We hebben ook gemerkt dat het regenseizoen is losgebroken. 's Nachts komt de regen met bakken uit de hemel. O wat waren wij blij dat ons primitieve huisje wel waterdicht is! We hebben heerlijk gefietst over rijstvelden, langs mooie watervallen, langs de Mekong en huisjes op palen. Wil je echt tot rust of tot jezelf komen ga dan naar de Four Tousand Islands!

Met een minibusjes zijn we naar Pakse gereden. Pakse is een stad waar weinig te beleven is maar waar je mooie dagtripjes kan maken. Wij hebben een tour gedaan naar het Bolaven Plateau. Onze eerste stop was een theeplantage. De thee wordt met de hand geplukt. We mochten natuurlijk ook even proeven. De eigenaar van de plantage liep ook rond en we konden zien hoe ze de thee maakte. Daarna zijn we door gereden naar de eerst waterval Tad Fan, dit was de hoogte waterval van de Bolaven Plateau. Hij is 120 meter hoog. Erg gaaf om te zien en er was best veel water. De tocht naar beneden zou te lang duren dus we moesten weer de bus in. We zijn onderweg naar de 2de waterval Tad Yuang nog gestopt bij een koffieplantage. Dit viel tegen en stelde dan ook weinig voor. De 2de waterval was echt spectaculair. We waren echt zeiknat nadat we zo dicht mogelijk erbij waren gekomen. Het opspattende water maakte het wel erg leuk. We hebben dan ook veel foto's gemaakt. We zijn nog gestopt in 2 dorpjes Alak village en Katu village. In deze dorpjes wonen mensen die geloven in geesten die ze te vriend moeten houden. Oa werd er verteld dat wanneer er een 2-ling wordt geboren dat deze slecht zijn en dood gemaakt moeten worden. Mark en ik voelde ons beiden in het eerste dorp niet echt op ons gemak. We waren echt pottenkijkers. Het tweede dorp werd vanuit ons guesthouse geholpen. Er is in samenwerking met een Belgisch stel daar een school gebouwd.'s Avonds hebben we direct de nachtbus naar Vientiane genomen. We waren veel te vroeg bij de bus, dus Mark ging de bus even aan een inspectie onderwerpen. Echter had hij dit niet moeten doen want hij zag dat de bus met ducktape aan elkaar was geplakt! In de bus moesten we samen in een bedje van 2 stoelen breed en 1.60 lang. Tja daar past Mark niet in. Gelukkig kwamen we snel op het idee om stiekem het bed boven ons bezet te houden. Misschien hadden we pech maar misschien ook geluk. Het laatste was het geval. Zo hadden ieder een eigen bed. Wat een luxe en ruimte!

'S Morgens om 6.30 uur kwamen we in Vientiane aan. Toen we uitstapten stond er gelijk een lokale bus klaar die ons graag naar het centrum van de stad wilde brengen. Een locale bus is een vrachtwagen met in het laadruim links en rechts een lange plank erop. Het werkt laten we maar zeggen! Wij mochten gelukkig allebei voorin zitten, wij hadden de luxe plekken! We werden naar een tocht van ongeveer 45 minuten afgezegd bij het hotel van onze keuze, namelijk Mixay Guesthouse. Dit is een van de populairste hotels van de stad. Ze hadden dan ook niet direct een kamer voor ons. Maar ze konden ons wel een kamer toezeggen vanaf 10.00 uur. Hier hebben we dan maar gebruik van gemaakt. Tot die tijd zijn we de buurt wat gaan verkennen en hebben we geld gewisseld. Vientiane hebben we oa door middel van een fiets verkend. Onze eerste stop tijdens onze route was bij Wat Si Saket. Dit is de oudste tempel van de stad en dat konden we zien. De tempel had dringend behoefte aan een beetje onderhoud. Wij vonden de tempel wel grappig maar het was ons ook wel duidelijk dat wij de afgelopen tijd veel mooiere dingen hebben gezien. We zijn verwend geraakt! Hierna zijn we naar Patuxai gefietst dit is de Arc de Triomph van Laos. Een enorme betonnen kolos. In de jaren 60 had de VS beton gegeven zodat Laos hiervan een vliegveld kon gaan bouwen. Het beton werd alleen anders besteed... de Arc de Triomph heeft dan ook de bijnaam gekregen van de verticale landingsbaan! Hierna zijn we gefietst naar Pha That Luang. Dit een tempel die het symbool is voor de Boeddhisten in Laos. Daarnaast is het de belangrijkste tempel van het land. Ook deze tempel had behoefte aan wat onderhoud! Hierna zijn we terug gefietst naar Talat Sao. Dit is de grootste markt van Vientiane, waar je heel veel kleding kunt kopen. Voor ons zat er echter niks tussen... helaas! We hebben in Vientiane ook een pakketje met niet gebruikte kleding, oude Lonely planets enzovoorts naar huis gestuurd. Echter toen we op een terrasje zaten kwamen we de achter dat we onze Lonely Planet van Laos kwijt waren. Drie keer raden waar hij was? Heel goed in ons pakketje naar NL!! Gelukkig konden we met handen en voeten bij het postkantoor duidelijk maken wat we ons pakketje even terug wilde. Ze moesten dan ook erg lachen toen we het boek uit de doos haalde!

Vang Vieng was onze volgende stop. We zagen direct dat de vele verhalen die we over dit dorp hadden gehoord waar zijn. Het is een schitterend gelegen dorp tussen een zeer mooi rotsgebergte. Het dorp zelf is zeer toeristisch en je kan hier van alles doen. De hele dag Friends kijken op een lig terras of opgaan in het nachtleven waar alle soorten narcotica en drank zijn te krijgen... wij wilden naar een guesthouse iets buiten deze drukte. We werden bij een tolbrug afgezet. Over deze brug moesten we heen om bij ons gewenste guesthouse te komen. Het werd Maylyn Guesthouse. Op deze plek werden we gelijk verliefd. We hebben een kleine huisje achteraan het complex. Ons huisje ligt in een heerlijke vlindertuin naast een enorm helder beekje. Wat een mooie setting! Het huisje zelf is simpel maar heeft alles wat we nodig hebben en dat voor slechts 50.000 Kip (4,49 euro) per nacht. We zijn door middel van een motor het gebied gaan verkennen. Na een gesprek met een Belgisch stel durfde Mark het wel aan om motor te leren rijden. Uiteindelijk viel het allemaal mee en hard kan je hier toch niet rijden. De wegen waren ontzettend slecht met kuilen en keien. Onze eerste bestemming was Patham Cave. Om bij de grot te komen moesten we eerste een steile klim omhoog maken over een pad wat je eigenlijk geen pad mocht noemen. Meer rots klauteren! De grot zijn we niet in geweest omdat het gewoon te donker was. Het uitzicht vanaf de ingang van de rots was echter meer dan de moeite waard. Hier hadden we een mooi uitzicht over de hele vallei. Hierna lekker wezen zwemmen in een koud beekje dat voor de grot langs ging. Heerlijk om na zo een warme klim even weer te kunnen afkoelen! Toen terug naar de motor en wat bleek... was onze achterband lek! We zijn de motor gaan duwen naar een reparatie winkeltje. Een duw van 15 minuten... warm!!! De band werd er hier snel afgewipt en de binnenband bleek niet meer te maken te zijn. Gelukkig was er een nieuwe binnenband aanwezig en deze kon erin worden gedaan. De kosten 3,60 euro. Waarschijnlijk zijn we enorm afgezet voor locale begrippen maar wij vonden dit al een koopje! Het duurde uiteindelijk een half uur voordat we weer onderweg konden. Daarna zijn we gereden naar de Poukham Cave. De entree van deze grot was erg mooi en lekker koel. Ook het zwemmen hier was weer super! We hebben hier echt enorm genoten. Vooral het springen van de hoge boom was voor Mark een feestje! Hierna nog een stuk de vallei in gereden om daarna terug te gaan naar het hotel. Het uitzicht in de hele vallei is echt schitterend! Beiden hadden we de smaak wel te pakken van het motorrijden dus we zijn de 2de dag weer op pad gegaan met de motor. Onze eerste stop was Chang cave. We moesten een steile trap omhoog om bij de grot te komen. Gewapend met een goede zaklamp gingen we de grot in. Wat bleek, de grot was helemaal verlicht. Het was een mooie grot en heerlijk koel! We besloten om niet meteen het water in te duiken maar om direct door te rijden naar Than Nam. Dit is een grot waar je met een tube (opgeblazen autoband) in gaat. Om er te komen moesten we eerst 10 km rijden. Mark kon het gas goed los gooien om eens te kijken hoe hard hij durfde. Nou we kwamen niet boven de 50 km per uur. Dit vonden wij hard genoeg. Om bij de grot te komen moesten we eerst het water over. Elk jaar wordt er een bamboe brug gebouwd over de rivier heen. Nu is de regentijd net begonnen en stond de houten brug al half onder water, dus met natte voeten kwamen we bij de overkant aan. Op een gegeven moment liep er een jongen met ons mee. Zonder iets te zeggen leiden hij ons naar de grotten. Onderweg zeiden we dat we graag naar Than Nam wilde en de andere 2 grotten niet hoefde te zien. Nou hij bracht ons eerst naar de andere grot met de mededeling dat Than Nam op de terugweg was. Nou dat wilde we niet dus op naar Than Nam. Daar aangekomen hebben we plaats genomen in de tube en hebben we ons voortgetrokken aan een touw door de grot. Erg leuk om zo in het water een grot te bekijken. Mark en ik hadden beiden een lampje op ons hoofd zodat we iets in het donker zagen, dit lampje werd gevoed met een accu die wij om onze nek mochten dragen. Er hingen aan de rotsen allemaal gloeiwormen. Aan het einde van de grot werden we door de jongen die met ons mee was gelopen in gesmeerd met klei. De grot was echt super en leuk om op deze manier een grot te verkennen. Nadat we ons hadden om gekleed zijn we onder begeleiding van onze jongen weer terug gelopen. Vijftig meter voordat we bij het dorp waren nam hij afscheid. Het afscheid verliep echter niet zo voorspoedig. Meneer dacht namelijk een kleine 20 euro te krijgen voor zijn verdienste. Wij hadden 2 euro in gedachten. Hij werd heel erg boos en na hem uit te hebben gelegd dat we niet om zijn begeleiding hadden gevraagd en hij niet vooraf een prijs had genoemd zijn we snel weg gelopen. Prettig is anders! Veilig aan de overkant van de rivier zijn we een boterham gaan eten. Omdat Vang Vieng bekend staat om de Tubbing moesten we natuurlijk even kijken of dit iets voor ons was. Na een blik te hebben geworpen op het vertrekpunt waren we er samen snel over uit dat we hier toch iets te oud voor waren. Langs de kant van de rivier zijn allemaal barretjes en harde muziek. Het is de bedoeling om daar dan te stoppen en je vol te gooien met drank. Nou dat is niet iets voor ons dus dat hebben aan ons voorbij laten gaan. We zijn in plaats van aan de drank te gaan een lekker bramenshake gaan drinken bij een organic farm. Met een volle buik zijn we op weg gegaan naar een waterval. De tocht er heen was erg mooi. We reden erg achteraf door dorpjes heen. Het laatste stuk was een hele uitdaging gezien er allemaal losse stenen lagen en we heuvel op en af moesten en sommige wel erg stijl waren. Maar de tocht was het zeker waard. Verscholen in het woud was een mooie waterval waar we een heerlijke douche hebben genomen. Erg lekker om op deze manier even af te koelen.

Onze laatste stop in Laos was Luang Prabang. De weg naar Luang Prabang was fantastisch mooi. We hebben genoten van de bergen, natuur en de dorpjes waar we door heen reden. De tocht was wel heftig en hobbelig maar het uitzicht maakte erg veel goed. Na een lange rit van ruim 7 uur kwamen we in Luang Prabang aan. We werden al opgewacht door iemand die graag wilde dat we naar zijn guesthouse kwamen. Nou een blik willen we natuurlijk altijd wel wagen. De kamer is erg mooi en heeft airco en beperkt wifi. Hier konden we ons wel in vinden en zijn hier dan ook gebleven. In Luang Prabang hebben we een stadswandeling gemaakt. Het was een mooie tocht, maar ook erg warm. We hebben verschillende tempels gezien en langs de rivier gelopen. Onderweg hebben we bij een straattentje een pannenkoek en een overheerlijke vruchtenshake gedronken. Dit proefde zeker naar meer, maar we zijn verstandig geweest en hebben het er bij eentje gelaten. Omdat ik in Luang Prabang jarig was hebben ik de avond voor mijn verjaardag al een lekker dinertje van Mark gekregen als verjaardagskado. We zijn gaan eten in een erg leuk restaurantje. Ook hier is in het drogen seizoen een bamboebrug. Echter was deze al ondergelopen en we moesten er dus met de boot naar toe. De plek was echt super. We zaten op kussens aan een verlaagde tafel tussen de bamboe, bomen en aan de rivier. Al met al een erg mooie en relaxte plek. We hebben beiden een schotel genomen met allemaal Laosaanse lekkernijen. Het was pittig maar erg lekker. Met name het gedroogde varkensvlees in sojasaus en sesam, was erg lekker. We hebben echt zitten smikkelen. Op de terug weg naar het hotel zijn we over de night market gelopen. Onderweg nog een Oreoshake met banaan gedronken (aanrader). In het hotel hebben we nog even geïnternet en toen snel slapen want de volgende dag was ik jarig!! Op mijn verjaardag waren we beiden erg vroeg wakker. Mark was al vanaf half 2 wakker en had het idee dat hij daarna niet meer heeft geslapen. We waren vast beiden erg zenuwachtig voor mijn verjaardag! Nadat Mark uitgebreid voor mij heeft gezongen zijn we gaan ontbijten. Het was erg warm buiten maar hebben ons wel gewaagd om een heuvel te beklimmen om de mooiste tempel van Luang Prabang te bekijken. Het uitzicht was het zeker waard. Na nog een aantal andere bezienswaardigheden te hebben bekeken is de dag iets anders gelopen dan gepland. We moesten pinnen, maar onze pas deed het bij geen enkele Atm. We besloten om eerst terug te gaan naar het hotel om te kijken wat er aan de hand was. Mark besloot nadat hij wat was afgekoeld alleen even verder te gaan om achter geld aan te gaan. Ik ben gaan geskyped met het thuisfront en verjaardagskaartjes gaan gelezen. Bedankt voor de vele kaartjes, deed me goed om te merken dat zoveel mensen aan mij hadden gedacht. Mark kwam na een uur helemaal verhit terug zonder geld. Hij bleek een paspoort nodig te hebben om geld te kunnen opnemen met zijn visacard. 15 minuten nadat hij binnen was begon het ontzettend hard te regenen. Het kwam met bakken uit de hemel. Toen het na een uur wat droger was gingen we opnieuw op pad voor geld. Kwamen we bij het kantoortje aan, bleek hij dicht te zijn. Grrr! Laatste optie was geld pinnen met de Visakaart. Gelukkig dat lukte! Toen was het tijd voor mijn verjaardagskado. Mark wilde mij een lekkere massage geven bij de beste toko van de stad. Doorweekt van de regen kwamen we eraan, bleek hij tot nader order dicht te zijn! Wat een tegenslag. We besloten dat ik mijn kado tegoed hou en zijn lekker naar de kamer gegaan. 's Avonds werd het gelukkig droger. We zijn gaan eten bij een BBQ restaurant. Dit was erg leuk en lekker. We kregen een pot met kolen in onze tafel gehangen. Daar kwam een schaal op te hangen waar bouillon in werd gedaan. In het bouillon werd groente gedaan en het vlees werd boven op de schaal gelegd. Het was erg lekker en leuk om Laosaans te bbq-en. Natuurlijk zijn we nog een rondje gaan lopen op de night market en jawel we hebben op de valreep nog wat souvenirs gekocht. We hebben ons klaar gemaakt voor de busreis naar China. We hebben 24 uur in de bus gelegen en de belevenissen en avonturen hiervan komen in ons volgende verhaal! Dus nog even geduld hebben!!

Groetjes Mark en Maaike

Het mooie Cambodja!

Hoi trouwe lezers,

Leuk dat jullie allemaal onze reispagina lezen, dit doet ons goed en genieten van jullie reacties. We hebben nu weer 2 stempels in ons paspoort erbij, Thailand en Cambodja. Thailand was voor ons een plek om even weer in de luxe van Bangkok te wanen, te shoppen en om een visum voor China te regelen. Onze route van de afgelopen 2 weken heeft er als volgt uitgezien: Bangkok, Siem Reap, Battambang, Phnom Pehn, Kratie en Ban Lung. Onze volgende stop wordt Laos. We hebben zoals in de andere verhalen veel te vertellen maar proberen het weer zo compact mogelijk te houden. Veel leesplezier!

Bangkok was een walhalla van luxe voor ons. Ons hotel was verschrikkelijk, wel gratis internet en lag naast Khao San Road en de stad was voor ons echt weer westers. We hebben hier dan ook volop gebruik gemaakt van de Starbucks, Mc Donalds en de vele winkels. En wat een winkelcentra's heb je hier. Je kan je een dag vermaken in 1 winkelcentra en dan heb je nog niet alles gezien, er zijn hier echter wel tig winkelcentra! Je kan hier echt alle merken krijgen en het is daar binnen heerlijk koel. Mark heeft flink ingeslagen wat betreft (nep) Tommy Hilfiger T-shirts en korte broeken. Nu hopen dat hij de douane van NL door komt! Wat kan je moe worden van een dag shoppen! Natuurlijk hebben we ook naast het vele shoppen iets cultureels gedaan. We zijn naar Koninklijk Paleis van Bangkok gegaan. De Tempel van de Smaragden Boeddha, of te wel Wat Phra Kaeo, en het Koninklijk Paleis. De grootste trekpleister is een beeldje van slechts 60 centimeter hoog: de Smaragden Boeddha. Het is niet bekend hoe oud het precies is. Wel werd het in de 16e eeuw door de Laotianen meegenomen uit Chiang Mai. Tweehonderd jaar later werd het terugveroverd door de Thaise generaal Chakri, de latere koning Rama I. Hij bouwde een heiligdom (bòt) voor het beeldje en gaf het twee kostuums: een voor het regenseizoen en een voor het droge seizoen. Koning Rama III voegde daar een kostuum voor het koele seizoen aan toe. Deze kostuums worden nog altijd verwisseld door de koning zelf, achter gesloten deuren. Achter de tempel ligt het Koninklijk Paleis. De Thaise koning gebruikt het gebouw uitsluitend nog voor officiële ceremonies, hij woont in het Chitlada Paleis in het noorden van de stad. Na het koninklijk paleis zijn we naar Wat Pho, de oudste en grootste tempel van Bangkok, gelopen. In de 16e eeuw stond er al een tempel, maar het hele complex werd vanaf 1781 herbouwd. De belangrijkste attractie is een enorm verguld beeld van een liggende Boeddha: 46 meter lang en 15 meter hoog. Die liggende houding symboliseert de overgang naar het nirvana, het hoogste wat een boeddhist kan bereiken. In dat stadium is een boeddhist volledig vrij van begeerte. De voetzolen zijn ingelegd met ornamenten van parelmoer die de eigenschappen van de boeddha weergeven. Op weg naar de boot die ons naar Wat Arun zou brengen hebben we even geluncht. Wat Arun, de Tempel van de Dageraad, ligt aan de overkant van de rivier Chao Phraya. De tempel werd aan het begin van de 19e eeuw gebouwd op de plaats van het paleis van koning Taksin (voor 1782 was dit deel van de stad - Thonburi - de hoofdstad van Thailand). De Wat Arun is een 82 meter hoge toren in Khmerstijl die wordt geflankeerd door vier kleinere torens. Die torens zijn rijkversierd met stukjes porselein. Dat porselein was afkomstig uit China. De Chinese schepen dieBangkok aandeden hadden als ballast vaak tonnen gebroken porselein aan boord.

De busreis van Bangkok naar Siem Reap (Cambodja) duurde lang en was een hele belevenis. Het minibusje waar we mee naar de grens gingen was schoon, ruim en zoals iets in Nederland ook zou zijn. We hadden wat vertraging op gelopen (2 jongens hadden zich namelijk verslapen). Het werd ons snel duidelijk dat de bus de verloren tijd nog wel wilde gaan inhalen. Hij had de vaart er goed in en zijn inhaal acties waren zeer bijzonder! Maar we hebben het overleefd! Om 11.30 uur kwamen we aan op onze bestemming, ‘de grens' zo werd er gezegd. We stapten de bus uit en kregen briefjes voor het visum van Cambodja in onze handen gedrukt. Wij vonden dit wat raar en hadden hierover ook al gelezen in de Lonely Planet. Dit is dus een oplichterij. Een paar kilometer voor de grens wordt je een visum aangesmeerd waarvoor je meer moet betalen dan aan de grens zelf. Wij en een ander meisje zijn hier niet mee akkoord gegaan (de 7 andere mensen in de bus hebben wel hier hun visum geregeld). Wij kunnen het zelf wel aan de grens. De man die ons zijn visum wilde verkopen was echt heel erg geïrriteerd en zei dat als we de bus zouden missen dat het dan onze eigen verantwoordelijkheid was en dat we het vanaf daar zelf maar moesten uitzoeken. Er ging wel een jongen met ons mee om ons te begeleiden. Het visum regelen aan de grens bleek echt een eitje te zijn. We waren uiteindelijk binnen 40 minuten Thailand uit en Cambodja met visum weer in. We betaalde 20 dollar voor ons visum en mensen die voor de grens hun visum hebben gekocht betaalde tussen de 30 en 40 dollar. Na de grens moesten we met een gratis elektrisch golfkarretje naar het busstation. Een internationaal busstation zomaar 15 minuten buiten Poipet neer gepland. Echt een rare plek zo in het midden van niks. Hier hebben we uiteindelijk bijna 2 uur gewacht omdat we niet met zijn drieën in een bus mochten en de andere reizigers uit onze bus voor de grens waren verdwenen. Uiteindelijk gingen we met andere mensen in een busje naar Siem Reap. In Siem Reap hadden we een heerlijk hotel gevonden ‘My Home'. We betalen voor een kamer met airco, zwembad, gratis drinkwater, tv, echt warm water (wat hebben we dat lang niet gehad) en een koelkast slechts 15 dollar (bijna 11 euro). Wat een luxe en wat een heerlijke plek!!

Siem Reap staat bekend om het Angkor Wat gebied. We werden om 5 uur 's morgens opgehaald door een soort koetsje met een motor ervoor. We zijn voor de zonsopgang naar Angkor Wat gegaan. Dit is de bekendste tempel om de zonsopgang te bekijken. Er waren veel andere toeristen, maar deze verspreiden zich gelukkig al snel. De tempel Angkor Wat is een hindoeïstische tempelen wordt beschouwd als het grootste religieuze bouwwerk ter wereld. De tempel is een van de belangrijkste overblijfselen uit de periode van het Khmer-rijk. De tempel Angkor Wat is gebouwd tussen 1113 en 1145 en is de grootste etagepiramide op het Zuidoost-Aziatische vasteland. De maximale hoogte van Angkor wat is 65 meter en het beslaat een oppervlakte van 1 km. In de meeste blokken steen zijn gaten van 2,5 cm doorsnede en 3 cm diepte gevonden. Een theorie zegt dat dit gebruikt werd voor een metalen verbinding tussen de stenen, echter waarschijnlijker is dat in deze gaten hout werd geslagen om transport met behulp van olifanten mogelijk te maken. De heerser Suryavarman II wijdde het gebouw aan de god Vishnoe, waardoor de bouwrichting naar het westen verklaard wordt. Vishnu wordt met deze windrichting in verbinding gebracht. Er zijn verschillende redenen waarom Vishnu met het westen wordt geassocieerd:
* Vishnu slaapt altijd met zijn voeten naar oosten en zijn hoofd naar het westen.
* In de Hindoeïstische kosmologie woont Vishnu in het westen van het universum.
* Het wou zijn 'achterkant' niet in de richting van het westelijk gelegen Angkor Thom (de oude hoofdstad) richten.
* Als het een Mausoleum was voor Suryavarman dan moest het naar het westen georiënteerd worden, want daar gaat de zon onder en eindigt dus ook het leven.
Het is een imposant gebouw. Na lekker rond te hebben gekeken zijn we een bananenpannenkoek gaan eten. Na het ontbijt zijn we op weg gegaan naar de volgende tempels: Pre rup, Banteay Srei, Eastern Mebon, Ta som, Preah Khan, Bayon, Baphuon, Terrace of Elephants en we zijn onze tocht afgesloten met de klapper Ta Prohm. Ik lig een aantal tempels eruit die veel indruk op ons hebben gemaakt. De Banteay Srei is een hindoe-tempel. Het ligt ongeveer 40 minuten rijden van het tempelcomplex Angkor. De naam van de tempel betekent 'tempel van de vrouwen'. Het complex valt vooral op vanwege de enorme detail in de afbeeldingen. Er zijn zoveel haarscherpe afbeeldingen te zien, die zoals ze zeggen nooit door mannenhanden gemaakt hadden kunnen worden. Het is gebouwd van rode zandsteen en versierd met houtsnijwerk, reliëfs en beelden.
De Bayontempel is een Angkoriaanse tempel, gebouwd door koning Jayavarman VII in 1181.
Jayavarman VII staat bekend voor de bouw van vele tempels, maar dit was zijn staatstempel. De Bayon is de meest centraal gelegen tempel van de oude Angkoriaanse hoofdstad Angkor Thom. Hij is vooral bekend door zijn 54 torens die elk vier gezichten afbeelden. Er is zijn meerdere hypotheses betreffende de gezichten op de torens:
* Het zijn de gezichten van Boeddha, wat logisch is gezien de boeddhistische bouwheer.
* Het zijn de gezichten van Jayavarman VII die naar elke windrichting van het land kijkt en zo zijn macht over het land etaleert.
* Het zijn de gezichten van Brahma, een hindoeïstische hoofdgod die wel degelijk 4 gezichten heeft.
Hoogstwaarschijnlijk zijn bovenstaande allemaal waar en was dit gewoon een van de vele mogelijke voorbeelden van de politieke diplomatie van Jayavarman VII. De koning was dan wel boeddhistisch, hij moest oppassen met een bevolking die voor 90% hindoeïstisch was. Er zijn 54 torens met 4 gezichten. Dit wil zeggen dat er 216 gezichten zijn. De keuze van 54 torens kan te maken hebben met:
* De leeftijd van Jayavarman VII op dat moment.
* Het aantal provincies dat het toenmalige koninkrijk had.
* Als men alle getallen hun cijfers optelt komt men altijd aan 9. Het hoogste cijfer in de numerologie en een heilig cijfer in grote delen van Zuidoost-Azië.
Ta Prohm heeft veel indruk gemaakt omdat dit de enige tempel is die nog gedeeltelijk door de jungle is opgeslokt. De bomen groeien door, tegen en om de tempel heen. Echt heel bijzonder om te zien en je waan je in een Indiana Jones gevoel. Ta Prohm (Rajavihara) is de tempel die onder het grote publiek vooral erg bekend is geraakt vanwege de film Tomb Raider met Angelina Jolie in de hoofdrol. In tegenstelling tot diverse andere tempels is Ta Prohm vooral gelaten zoals men het bij de ontdekking aantrof; volledig vergroeid met grote bomen. Het is een tempel waar de natuur de vrije loop heeft gehad. Een paar delen van de tempel zijn wel gerestaureerd en verder heeft de jungle de tempel niet verwoest.

Voldaan maar erg moe zijn we terug gegaan naar het hotel en hebben een heerlijke duik genomen in het zwembad, want wat was het die dag weer heet! We hebben ons ook nog lekker laten verwennen in Siem Reap voordat we weer verder gingen. We hebben ons laten masseren door blinden mensen. De massage ging over de kleren heen en duurde 60 minuten voor maar 7 dollar. Elke spier en aanhechting werd onderhanden genomen. Sommige plekken waren dan ook erg gevoelig. Op een gegeven moment zaten ze boven op ons. Het is wel grappig om te ervaren hoe hun ons lichaam aftasten om hetgeen te vinden wat ze wilde masseren. Elk lichaam is toch anders. Van top tot teen werden we gekneed, gestretcht en gedrukt. Zelfs onze tenen en vingers werden een voor een verlengd, dus ben van schoenmaat 40,5 naar 41 gegaan. Wat een gekraak! Het resultaat was lekker en zeker leuk om mee te maken.

Onze reis naar Battambang hebben we gemaakt met een boot. De boot was niet luxe. Er waren allemaal houtenbankjes en o wat waren wij blij dat we oordopjes bij ons hadden want het lawaai van de motor was echt heel hard. Onderweg pikte we nog verschillende mensen op die op of bij het water woonde. We vaarde door dorpjes waar de mensen aan het vissen of wassen waren. We hebben heel veel kinderen gezien die uitgebreid naar ons zwaaide. Erg leuk om te zien dat ze het super leuk vinden als je terug zwaait. De meeste kinderen waren lekker in een blootje aan het zwemmen, totaal geen schaamte! De omgeving was erg mooi en als je het lawaai van de motor weg dacht was het erg rustgevend. Uiteindelijk kwamen we na ruim 7 uur aan in Battambang. Aan de kant stonden zeker 20 mannen te schreeuwen dat ze ons naar een hotel wilde brengen. Gelukkig wisten we waar we heen wilde en daar zijn we ook naar toe gegaan. We zijn doormiddel van een tuktuk de omgeving van Battambang gaan verkennen. Onze eerste attractie was een rit met een bamboetrein, jullie zullen wel denken een bamboetrein, wat is dat nu? We gaan het uitleggen: stel je voor een treinrails (die alles behalve recht is, maar met veel vervormingen en hobbels), twee paar treinwielen met daarop een bamboeplaat en om het af te maken moet je er een motor op zetten. Voeg hierbij een machinist van ongeveer 10 jaar oud en jawel hier is de bamboe trein. Natuurlijk zijn we er op geweest en wat ging het hard. We hadden het gevoel dat we in een achtbaan zaten maar dan zonder alle veiligheidsvoorschriften. Wat hebben we samen gelachen en wat zijn we blij dat we nog helemaal heel zijn! De terugweg was ook erg leuk (14 km in totaal). Onderweg hebben we een lokale vrouw opgepikt. We zijn 2 tegenliggers tegen gekomen. Omdat er maar 1 spoor is moet 1 bamboetrein van de rails. De afspraak is degene met de meeste passagiers eraf moet. Gelukkig waren wij steeds in de minderheid. Met de tuktuk zijn we naar Phnom Sampeau gereden. Hier kan je naar de Killing cave en de tempel. De klim naar boven vonden wij wat stijl met deze warmte. We hebben dan ook gekozen om voor 2 dollar samen achterop een motor omhoog te gaan. De jongen die ons reedt sprak erg goed Engels. De Killing cave werd in de Khmer periode gebruikt om mensen te vermoorden en daarna in de cave te gooien. Iedereen werd vermoord. Ondanks dat er een overschot aan rijst was. Dit vanwege het feit dat iedereen tijdens het regiem van Pol Pot akkerbouwer moest zijn, stierven er veel mensen van de honger. Het Khmer regiem verkocht de rijst of hield het voor hun eigen mensen. De tempel viel wat tegen, maar het uitzicht was schitterend. We besloten om zelf naar beneden te lopen. Maar o wat was dat warm. Het is erg vochtig warm, waardoor de gevoelstemperatuur fors hoger ligt dan de actuele temperatuur. Dus beneden maar even genoten van een koud drankje. Onze volgende stop was Phnom Banan. De reis er naar toe duurde ruim een half uur en ging door het achterland. Erg leuk om te zien hoe enthousiast en vrolijk de mensen reageren als je langs rijdt. Om boven bij Prasat Banan te komen moet je 358 treden omhoog klimmen! Ja, dat was pittig, maar het uitzicht zeker waard. Prasat Banan heeft 5 torens en lokale mensen zeggen dat Prasat Banan de inspiratiebron is geweest voor de bouw van Angkor Wat. De zoon van Suryavarman I bouwde Prasat Banan in de 11de eeuw. Toen we beneden weer aangekomen waren moest ik plassen. Het is raar om te zien dat hier vele bordjes hangen dat er mijnen liggen en dat je dus niet buiten de gebaande paden mag lopen. Het werd dus een plasje iets meer in het zicht!

De reis naar Phnom Penh zou met een luxe bus gaan verlopen, maar helaas. Er stopte een zeer gammele bus en wij werden gesommeerd om hierin te stappen. We dachten o gelukkig heeft hij wel airco! Echter bleek de airco het niet optimaal te doen, dus we hadden het warm. Het erge was ook nog dat de stoelen van plastic waren! Onderweg zijn we zeer vaak gestopt. Bij elke stop werd er uitgebreid gegeten. Na zeven uur rijden kwamen we in Phnom Penh aan. In Phnom Penh zijn we naar de Royal Palace en het Tuol Sleng museum/Killingfields gegaan. Het wordt even tijd om er weer wat geschiedenis in te gooien: De Rode Khmer (internationaal aangemerkt als Khmer Rouge) heeft van 1975 tot 1979 het bewind in Cambodja gevoerd. De Rode Khmer is verantwoordelijk voor de dood van ongeveer 1,7 - 2 miljoen (sommige cijfers spreken van 3 miljoen) mensen (op een bevolking van 7 miljoen) tussen 1975 en 1979 toen de Rode Khmer aan de macht was. In de jaren zestig en zeventig voerde de Rode Khmer een guerrillastrijd tegen het bewind van Prins Sihanouk en Generaal Lon Nol. De beweging was oorspronkelijk opgezet door Vietnamese communisten. Veel eenheden bestonden feitelijk uit Vietnamezen en aanvankelijk werden de hogere kaders door Vietnamezen beheerst. Toen Lon Nol aan de macht kwam in 1970 ging dit gepaard met een uitbreiding van de Vietnam-oorlog naar Cambodja. In tegenstelling tot Sihanouk zocht hij steun bij de Verenigde Staten en Zuid-Vietnam en trad hij hard tegen de Vietcong en Rode Khmer in Cambodja op. De Amerikanen bombardeerden de door communisten beheerste gebieden intensief met B-52's, waarbij ook regelmatig dorpen platgegooid werden, B-52's zijn nu eenmaal geen precisiebommenwerpers. De Amerikaanse bombardementen vanuit de lucht, incidenten tussen de Zuid-Vietnamese troepen en bevolking en het wanbestuur van Lon Nols regering dreef de bevolking in de armen van de Rode Khmer en het bewind zakte ineen en Pol Pot/ de Rode Khmer kwam aan de macht. Pol Pot raakte onder de indruk van de eenvoud van de bergbewoners. Veel Rode Khmer waren bovendien afkomstig van het zeer primitieve platteland en hadden een hekel aan steden. Als de Rode Khmer een provinciestad hadden ingenomen hervatte het dagelijks leven zich meestal binnen enkele dagen, waarop Pol Pot onthutst reageerde. Als alles bij het oude bleef, zou de hele revolutie geen nut hebben. Hierop bedacht de partij meer radicale oplossingen, zoals het deporteren van de bevolking en begon deze in praktijk te brengen. Als de mensen niet wilden veranderen, dan moest iedereen volgens Pol Pot maar gedwongen boer worden. Ook werd het eenvoudige, zwarte tenue ingevoerd dat iedereen diende te dragen. Juwelen en dergelijke werden verboden. Politieke en militaire kopstukken en ook de meeste buitenlanders ontvluchtten Phnom Penh waarop in april 1975 de Rode Khmer de stad bezette. Rode Khmerleider Pol Pot werd dictator van Cambodja. Al na enkele dagen ontruimde de Rode Khmer Phnom Penh en dreef de bevolking naar het platteland waar ze in collectieve boerderijen moest werken, 12 tot 14 uur per dag, 7 dagen per week onder een slavendrijverregime en een minimaal rantsoen. Persoonlijke eigendommen diende men meestal achter te laten. Vele mensen (monniken, leerkrachten, artsen, ambtenaren, militairen, intellectuelen, enzovoorts) werden geëxecuteerd, vaak zonder enige reden of voor lichte vergrijpen. Het dragen van een bril of nette kleding, of het in bezit hebben van een (buitenlands) boek, of kennis van een vreemde taal was voldoende reden voor executie. De familie werd afgeschaft. Slechts 'Angkar' (de gemeenschap) bepaalde wie zich met wie mocht voortplanten en voedde de kinderen die hieruit voortkwamen op. Zelfs woorden als 'vader' en 'moeder' mochten niet meer gebruikt worden. Voedsel mocht slechts collectief worden genuttigd tijdens maaltijden in de eetzaal. Zelfs het verzamelen van fruit was verboden omdat dat 'egocentrisch' zou zijn, al het fruit behoorde immers toe aan 'Angkar'. Inkrimping van rantsoenen of iemand een maaltijd geheel ontzeggen was een populaire straf die vaak tot gevolg had dat men te ziek werd om te werken, helemaal niets meer kreeg en ten slotte overleed.
Het Tuol Sleng-museum en de vele killing fields (o.a. Choeung Ek) zijn nog steeds de stille getuigen van de massamoorden die hebben plaatsgevonden. De films die we hebben gezien waren erg indrukwekkend en dan met name dat dit allemaal niet lang geleden heeft plaatsgevonden en dat Pol Pot gewoon zijn gang kon gaan. Op de Killingsfield stond een boom waar oa baby's en kleine kinderen tegenaan werden dood geslagen. Het is toch niet te geloven. Het regime van Pol Pot is in 1978 omver geworpen. De Rode Khmer hielt nog jaren stand vanuit de Cambodjaanse jungle. In de jaren '90 had de Rode Khmer zich onder andere teruggetrokken in de Dongrekbergen. Ze werden gesteund door China en Thailand, en indirect door de Verenigde Statendie op deze manier Vietnam en zijn Russische bondgenoot wilde uitputten. De communistische ideologie werd radicaal overboord gegooid en de communistische partij ontbonden, in de hoop goodwill bij de bevolking en het buitenland te kweken. De Rode Khmer verloor meer en meer steun en begon in de loop der jaren '90 uiteen te vallen. Verscheidene leiders liepen over en Pol Pot zelf werd door Ta Mok, één van de hogere commandanten, wegens 'wanbestuur' gevangengenomen in 1997. Negen maanden later overleed Pol Pot onder onopgehelderde omstandigheden.
Het erge van alles is nog dat de mensen nog steeds niet zijn veroordeeld omdat dit steeds is uitgesteld. Na vele jaren van onderhandelingen werd in 2004 eindelijk overeenstemming bereikt tussen de Verenigde Naties en Cambodja over de vorming van een Cambodja-tribunaal dat een aantal vroegere leiders van de Rode Khmer moest gaan berechten. Lange tijd was dit door Cambodjaanse politici tegengewerkt, omdat diversen van hen banden hebben met of voortkomen uit de Rode Khmer. Op 3 oktober 2004 bereikte men toch een overeenkomst waarin werd besloten tot de vorming van een tribunaal. Dit tribunaal heeft echter geen internationale status, het is een onderdeel van het Cambodjaanse rechtsstelsel. Vijf belangrijke verdachten en laatste overgebleven hoge leidinggevenden van de Rode Khmer konden op dat moment nog terechtstaan, namelijk Nuon Chea (81), Ieng Sary(82), Khieu Sampan (76) en Ieng Thirth (76). Slechts één persoon is tot op heden veroordeeld, namelijk Kang Kek Iew alias Kaing Guek Eav ('Duch'). Hij heeft een gevangenisstraf gekregen van 35 jaar... voor het leidinggeven aan Tuol Sleng en het indirect vermoorden van 17.000 mensen. Of dit nu gerechtigheid is daar zijn we nog niet helemaal uit. Drie verdachten kunnen niet meer worden vervolgd: Pol Pot overleed in 1998, Kheiu Ponnary, de eerste echtgenote van Pol Pot, overleed in 2003 en de voormalige commandant en ''Broeder nummer 4' Ta Mok in 2006, in gevangenschap in afwachting van zijn proces. In het Toung Sleng museum hingen allemaal foto's van de mensen die gevangen waren genomen! Erg indrukwekkend allemaal.

In Kratie hebben we samen met een ander stel een tuktuk genomen om dolfijnen te gaan kijken. Het was 45 minuten rijden. We hebben toen een boot genomen en 50 minuten op de Mekong rond gedobberd. Er zijn nog maar 70 Mekong rivierdolfijnen. Nog geen dertig jaar terug waren dit er meer dan 1000, maar de Khmer heeft naast mensen ook wat dieren gedood. We hebben een aantal dolfijnen gezien. Ze springen echter niet uit het water. Ze zijn niet zo groot en hebben een ronde snuit.

De rit naar Ban Lung was speciaal bij het busstation stond onze minibus klaar. Er zaten al mensen in. De spullen werden achter, onder en tussen de banken gepropt en je moest over de bagage heen lopen om naar een stoel te komen. Ik wist niet waar wij moesten gaan zitten want de bus zat al vol. Je moet een busje voor je zien waar 14 mensen in konden inclusief de chauffeur. In deze bus werden 21 volwassenen en 4 kinderen gepropt. Wij werden gedirigeerd naar een plek die als looppad officieel was bedoeld. Je zat dan op de bagage met een kussen onder je kont. Nou daar paste we voor. We bleven zitten waar we zaten en riepen steeds dat we erg veel geld betaalde voor de busticket en weigerde om ergens anders te gaan zitten. Mark zat met 4 volwassen kerels op een rij. Ik daarentegen zat met 4 vrouwen en 3 kinderen (tussen de 3 en 8 jaar oud). Gelukkig deed de airco het een beetje, maar het was niet ideaal. Het eerste stuk verliep goed, doordat de weg goed was, maar het tweede stuk was een zandweg. Een van de kinderen begon ook nog te spugen, zelfs een aantal keer. Nou dat is niet zo prettig als je daar zo dichtbij zit en er weinig actie ondernomen werd. Het uitzicht uit de bus was meer dan de moeite waard. De aarde is heel echt enorm rood en de wereld ziet er daarom erg mooi uit. Er is op weg naar Ban Lung wel heel veel bos gekapt. We hebben echt uren naar buiten kunnen kijken waar je zag dat alle bomen nog redelijk recent zijn gekapt. We snappen waarom ze het doen, maar het is toch erg zonde! Na zeven uur hobbelen kwamen we in Ban Lung aan. We zitten in een hele mooie lodge. We hebben een houten bungalow die tegen een heuvel aangebouwd zijn. We hebben een veranda met hangmat die uit kijkt over de bossen/jungle. De badkamer is buiten en heeft alleen koud water. Het plekje is erg mooi en sfeervol. Het is een klein paradijsje waar we even weer tot rust kunnen komen. Ban Lung is een dorpje waar weinig tot niets te beleven is. De grote attractie zijn de watervallen en kratermeer. Mark en ik hebben voor het eerst in ons leven een scooter gehuurd en daarop gereden. Wel erg leuk om zo de omgeving te mogen verkennen. We hebben heerlijk gezwommen en douches genomen onder de watervallen.

Nou lieve mensen jullie lezen wel dat we (nog steeds) genieten van al het moois wat we meemaken en zien. We zijn nog niet op elkaar uitgekeken of uitgepraat, dus we zetten de reis voort!

Groetjes van ons beiden!

Myanmar wat een belevenis!

Hoi allemaal,

Het heeft even geduurd maar hier weer een verhaal over onze belevenissen en nu vanuit Myanmar. De reden dat jullie een tijdje niets van ons hebben gehoord is omdat er in Myanmar weinig mogelijkheden waren tot internetten. Daarnaast worden veel pagina's afgeschermd door de regering om te voorkomen dat er informatie uitlekt vanuit Myanmar. Het is heel bijzonder om mee te moeten maken dat onder andere Hotmail via een omweg bereikt moet worden en dat wij bijna twee weken niet eens bij onze eigen reispagina konden. Wanneer er stroom, en dus internet, was dan was de snelheid erg langzaam (te vergelijken met toen we in NL net internet hadden).

Myanmar is een fantastisch land maar met wel een zeer grote kanttekening waar we gedurende de reis ons steeds meer bewust van zijn geworden. Wat zijn wij blij dat ons wiegje in NL stond en niet hier! Omdat bij vele van jullie waarschijnlijk niet veel bekend is over Myanmar (was voor ons namelijk ook zo) en om jullie een beetje te laten begrijpen wat het discutabele is aan dit land hebben we een stukje over de geschiedenis van Myanmar toegevoegd.

Na een lange periode van Brits koloniaal bestuur, en de Japanse bezetting tijdens de Tweede Wereldoorlog werd Birma in 1948 onafhankelijk en ontstond de democratisch geregeerde Unie van Birma. Deze Unie bereikte nimmer stabiliteit door binnenlandse conflicten in verband met onderlinge etnische en nationalistische kwesties, economische belangen en politieke stromingen. In 1962 vond een militaire coup plaats en de junta hief alle democratische bestuursorganen en -middelen op, inclusief de grondwet. De Burma Socialist Programme Party werd in het leven geroepen, die alle politieke en bestuurlijke macht naar zich trok. De productiemiddelen werden genationaliseerd, het economisch beleid gecentraliseerd en alle onafhankelijke berichtgeving werd verboden. In 1989 werd de naam van het land gewijzigd van Birma (of Burma) naar Myanmar door het militaire regime. De nieuwe naam wordt echter door bijvoorbeeld de Verenigde Staten niet geaccepteerd. Ook sommige media en veel westerse landen gebruiken sinds kort weer de oude naam Birma. De Verenigde Naties hebben de naamsverandering daarentegen wel geaccepteerd. Dat is de reden dat je in westerse landen beide namen tegen komt. Los van welke naamgeving dan ook wordt het bestuur van Birma sinds het aantreden van de junta's beschouwd als een dictatuur. Het is ook de langst bestaande dictatuur ter wereld. De machthebbers laten zich niets gelegen liggen aan politiek andersdenkenden en streven uitsluitend de eigen (persoonlijke) economische en financiële belangen na. Openlijk, soms massaal protest en verzet vanuit de bevolking wordt met harde maatregelen en fysiek geweld neergeslagen. Internationaal wordt een politiek van isolatie gevoerd: media en mensenrechtenorganisaties wordt de toegang tot het land geweigerd en afkeurende signalen en sancties van de internationale gemeenschap worden genegeerd.

Ondanks het machtsvertoon van de centrale overheid bestaat er wel degelijk verzet, vaak ondergronds maar ook meer expliciet. In de grensgebieden met Thailand woedt sinds vele jaren een burgeroorlog: de lokale minderheden voeren er een guerrillaoorlog met het Birmese leger. Voor het eerst sinds het einde van de jaren tachtig kwam eind september 2007 weer een protestbeweging van een groeiend aantal boeddhistische monniken op gang. Met geweldloze optochten gaven zij uiting aan het verlangen naar een democratisch bestuurd land. Na een aantal dagen voegde steeds meer burgers zich bij hen. Zij flankeerden de monniken met de kennelijke bedoeling om niet alleen hun oproep te ondersteunen maar ook om hen lijfelijk te beschermen tegen mogelijk militair geweld door de junta. Aan de protesten namen soms naar schatting 25.000 tot 50.000 mensen deel. Dit plaatste de regering voor een groot dilemma. Monniken hebben in Myanmar een zeer hoge, bijna heilige status en groot gezag waar het morele waarden betreft. Zonder ingrijpen zou hun actie tot grote, wellicht onbeheersbare onlusten in het gehele land kunnen leiden. Het - gewelddadig - neerslaan van de beweging zou echter tot hetzelfde kunnen leiden. In het op gematigde wijze voeren van overleg, dat eventueel tot compromissen zou kunnen leiden, had de overheid zich echter in de voorgaande decennia niet bekwaamd. Op 26 september greep het leger in. Volgens berichten zijn er duizenden doden gevallen en zijn er massale executies van monniken geweest door het leger. Gevluchte overgelopen officieren claimden dat veel monniken in vrachtwagens gedwongen waren, om vervolgens in de jungle te worden geëxecuteerd. Op 31 januari 2011 trad een nieuwe grondwet in werking, die formeel een einde maakte aan het militaire bestuur. Op 4 februari 2011 werd Thein Sein verkozen tot President van Myanmar, het eerste civiele staatshoofd van Myanmar in bijna 50 jaar. Waarnemers hebben evenwel opgemerkt dat er weliswaar formeel een einde is gekomen aan het militaire bestuur, maar dat veel leden van het parlement alsmede de nieuwe president ex-militairen zijn die voor de verkiezingen ontslag hebben genomen bij het leger om plaats te kunnen nemen in de 'civiele' regering. De internationale gemeenschap betwijfelt dan ook de impact van de staatkundige veranderingen. Dit wordt gedeeld door sommige burgers. Een man die wij sprake zei: 'Het is dezelfde persoon maar met een ander pakje aan'. We denken dat dit al genoeg zegt.

In Myanmar leeft één derde van de mensen onder de armoedegrens en volgens de Verenigde Naties heeft 10% niet eens geld om aan dagelijks voedsel te komen. Het beleid van de junta's is hiervan de oorzaak. Zij hebben de economie te gronde gericht en het land behoort inmiddels tot de armste ter wereld. Wij hoorden een verhaal dat een opleiding tot dokter 5 jaar duurt en 200 euro per maand kost. De opleiding tot militair duurt 3 jaar en kost 30 euro per maand. Na afloop van de opleiding verdient een dokter 80 euro per maand en iemand in het leger 130 euro per maand... Regeringsmaatregelen hebben geleid tot schaarste en enorme geldontwaarding waardoor bijvoorbeeld de burgers in 1987 in één klap al hun spaargeld kwijt waren. Door in augustus 2007 de brandstofprijzen met 500% te verhogen werd het vervoer van voedings- en gebruiksartikelen naar de bevolkingscentra onbetaalbaar. Veel westerse ondernemingen hebben het land inmiddels verlaten. Het land beschikt in voldoende mate over olie, gas, tropisch hardhout en edelgesteenten zoals jade en robijnen), maar dat alles wordt geëxporteerd naar en via buurlanden. De opbrengsten daarvan schijnen de machthebbers echter te reserveren voor zichzelf en hun zakenrelaties. Myanmar wordt inmiddels op lokaal en internationaal niveau genoemd als een land waar het leger een hele grote producent en exporteur is van LSD en opium. Doorgaans worden deze producten verkocht aan Thaise en Chinese handelaren die ze in Azië en Europa op de markt brengen.

Hoeveel kunnen twee mensen zien tijdens een reis van 24 dagen Myanmar? Als die twee mensen Maaike en Mark heten dan betekend dit heel veel! We zijn de afgelopen weken in Yangon, Mandalay, Mingun, Sagaing, Inwa, Annapura, Monywa, Pokkaku, Bagan, Inle Lake, Bago, Golden Rock (Mount Kyaiktiyo), Pathein en Chaung Tha Beach geweest. We zouden het liefst alles met jullie delen maar dan zijn jullie morgen nog aan het lezen. Hierbij de hoogte punten van onze reis door Myanmar en we hebben veel foto's toegevoegd!

In Yangon waren we wat verbaasd over de luxe van het vliegveld, met de informatie in ons achterhoofd dat Myanmar een van de armste landen ter wereld is. Dan is dit wel een beetje over de top! Het vliegveld heeft het militaire regiem laten bouwen door dwangarbeiders. Het werd ons al snel duidelijk de Lonely Planet uit 2009 qua prijs indicaties al sterk verouderd was, want de hotelkamers bleken 2 keer zo duur te zijn geworden omdat de koers van de dollar sterk is gedaald. Wij zijn blij dat we genoeg geld mee hadden genomen, want pinnen kunnen westerse mensen niet in Myanmar. Ons eerste doel was geld wisselen op de zwarte markt. Helaas bleek dit niet zo makkelijk te gaan als we hadden gehoopt want we kwamen midden in het waterfestival terecht. De mensen gooien dan met water om het nieuwe jaar in te luiden. Het festijn duurt een drie dagen (de mensen die werken bij de overheid krijgen zelfs 10 verlof dagen tijdens deze periode), maar gelukkig kwamen wij op de laatste dag aan, want toeristen worden natuurlijk niet ontzien. Wij waren dan ook helemaal nat! Geld wisselen kon dan ook niet zoals we hadden gewild. Uiteindelijk hebben we op de tweede dag geld gewisseld want toen waren er gelukkig wel wat winkels open.

Geld wisselen gebeurt hier allemaal op de zwarte markt omdat de overheid een ongeveer drie keer zo slechte koers geeft. Hierdoor is het wisselen van geld best een spannend klusje. De eerste louche geldwisselaar wilde ons afschepen met gescheurd geld en we vertrouwde het niet helemaal. We zijn hier ook snel vandaan gegaan. Echter nog steeds zonder geld... op straat kwam er toen een super vriendelijke man naar ons toe die wel dollars in Myanmar Kyat kon wisselen. Deze man nam ons mee naar een klein tassenwinkeltje. Beiden hadden wij over de mensen hier wel een goed gevoel en dat is gelukkig niet beschaamd gebleken. Raar om drie briefjes van 100 dollar te geven en daarna 255 biljetten van 1000 Kyat terug te krijgen. We hadden dan ook stapels met geld! Op diefstal staat een zeer zware straf dus de kans dat je overvallen wordt is klein. Voor het stelen van een camera krijg je 5 jaar gevangenisstraf. Als je er dan ook nog eens bij denkt dat een gevangenis hier een werkkampen is dan begrijp je dat diefstal hier relatief weinig voor komt!

Van de vele mooie dingen die we in Yangon hebben gezien was Shwedagon Pagoda toch wel het hoogtepunt. Dit is een tempelcomplex waar elke boeddhist in Myanmar een keer in zijn leven heen wil gaan. Wat maakt deze tempel nu zo bijzonder? Er is zoveel goud gebruikt voor deze tempel dat het een van de grootste goudreserves ter wereld is. Er wordt wel gezegd dat er meer goud op de zijkant van de tempel zit als dat er in de kluis van de Bank of England zit. Daarnaast zitten er 1100 diamanten (totaal 278 karaat), 1383 andere kostbare edelstenen en op de top van de tempel een nog eens 4351 diamanten (totaal 1800 karaat)... maar Shwedagon is absoluut veel meer als een juwelenkistje... een gouden mysterie, een schitterend bouwwerk. Zoals de Lonely Planet het omschrijft: het is Birma en het is heel wat anders dan alle landen die je ooit gezien hebt! Wij vonden het naast schitterend ook mooi om alle mensen hier hun geloof te zien beleven. Er waren veel mensen aan het bidden en aan het offeren. We waren er al heel vroeg waardoor de zon langzaam op kwam waardoor er een mooie gloed over het complex kwam. Het nadeel van een bezoek aan deze schitterende tempel is dat de entree prijs van 5 dollar per persoon (moet alleen betaald worden door buitenlanders) direct naar de dictatuur gaat. We proberen zoveel mogelijk onder sponsoring van de dictatuur uit te komen (dit bijvoorbeeld door tempels te niet te bezoeken) maar de mooiste tempel van Azië wilde we toch wel erg graag bezoeken. In dit geval kwamen we er dan ook niet onderuit! Onze eerste indruk van Myanmar was dat het met de armoede wel mee viel. Yangon is een mooie stad met vele oude Engelse oude gebouwen en brede mooie straten.

Tijdens onze busrit naar Mandalay reden wij door Nay Pyi Taw. In 2005 heeft de dictatuur de hoofdstad van het land verplaatst van Yangon naar Nay Pyi Taw (ongeveer in het midden van het land). Het bouwen van deze nieuwe luxe stad heeft tussen de 122 en 244 miljoen dollar gekost (de schattingen lopen iets uiteen!) Maar wat een enorm bedrag voor een van de armste landen ter wereld waar. Maar goed een dictatuur streeft natuurlijk ook alleen zijn eigen belangen na en niet die van haar inwoners. Nay Pyi Taw heeft vele mega luxe hotels, 6-baans luxe weg door de stad, luxe woonwijken, schitterende winkelcentra, mooie parken... Bijzonder om te zien! In Mandalay hebben we wederom kunnen zien dat het Boeddhisme het belangrijkste geloof van Myanmar is (86% van de 41 miljoen inwoners van Myanmar is Boeddhist). We zijn naar marmeren Boeddha geweest van 7,80 meter groot en 900 ton zwaar. Hij bestaat uit 1 stuk marmer en ze zeggen dat 10.000 mensen voor nodig waren om dit beeld te transporteren. Daarna zijn we naar Sandamuni Paya gegaan. Hier staan 1774 kleine witte stupa's met daarin marmeren platen met teksten erop. Wanneer je 8 uur per dag leest ben je 450 dagen bezig om alles te hebben gelezen. Vanuit Mandalay zijn we met de boot naar Mingun gegaan. Dit is de plaats waar 's werelds grootste tempel had moeten staan. De plotselinge dood van koning Bodawpaya in 1819 maakte echter een abrupt einde aan de Birmese bouwlust. Een aardbeving in 1838 bracht nog meer onheil. De Mingun-pagode met zijn vier poorten is door zo'n twintigduizend slaven gemaakt en is na de dood van de toenmalige koning nooit afgemaakt door zijn 122(!!) kinderen. Nu is het nog slechts een van de mooiste hoop met stenen ter wereld! Op korte afstand van de Mingun-pagode hangt de grootste koperen bel ter wereld. De bel is 4 meter hoog en heeft een omtrek van vijf meter.

Nog een leuk dingetje. Vrouwen dragen in Myanmar make-up van thanakapoeder, het Birmese antwoord op de westerse make-up. De poeder is afkomstig van de sandelhoutboom en dient als make-up en als bescherming tegen de felle zon. Meisjes en vrouwen in het hele land sieren hun gezichten hiermee. Ze vegen grote strepen over hun wangen en neus. Soms smeren ze hun hele gezicht onder.

Met een taxi hebben een dagtocht gemaakt naar Sagaing Hill, Inwa en Amarapura. Sagaing Hill is een van de heiligste plekken van Myanmar. Omdat de plek zo heilig is zijn hier honderden tempels gebouwd (het schijnen er 500 te zijn). Het is echt een hele rustgevende plek. Niet raar dan ook dat er gezegd wordt dat nonnen en monniken in Myanmar naar Sagaing komen als ze tot rust willen komen. Voor het beklimmen van de berg en het bezoeken van de tempel moesten we eigenlijk 3 dollar per persoon entree betalen (dit bedrag gaat direct naar de dictatuur en blijft niet bij de tempel). Gelukkig wist onze chauffeur wel een zij ingang waardoor we gratis naar binnen konden. Het uitzicht vanaf bovenaf de berg was schitterend en de zeer warme wandeling naar boven meer dan waard. Overal zie je tempels en de rivier met de groene omgeving maken het een heerlijk rustgevende plek. Het is ons overigens al eerder opgevallen hoe groen Myanmar is.
Inwa is bijna 400 jaar de hoofdstad geweest van Birma (verschillende periodes tussen 1364 tot 1841). Er is geen enkele andere stad in Birma zo lang de hoofdstad geweest van het land. Tegenwoordig is er van de oude hoofdstad weinig meer over. Het is een plek waar het locale leven heerst en waar her en der nog oude (en meest vervallen) tempels en monumenten staan. De stad ligt op een eiland in de rivier Ayeyarwady en we moesten er met de boot naar toe. We waren hier blij met ons vervoersmiddel (paard en wagen), want de mooie monumenten liggen allemaal erg ver uit elkaar en zonder vervoer zie je er eigenlijk maar heel weinig van! De wegen waren op het hele eiland echt heel erg slecht. Asfalt is hier een onbekend begrip. Echter het verkeer op de weg heeft zich ook nog niet aangepast aan de huidige tijd. Hier op de weg rijden paard en wagen en de ossen met de wagen erachter. We hebben maar 2 verdwaalde auto's gezien. Het geeft het hele eiland wel iets magisch!
De U Bein's Bridge in Amarapura is de langste brug van teakhout ter wereld. De brug is 1,9 kilometer lang. Er zijn 1060 teakboomstammen gebruikt om de brug te maken. Na 200 jaar zijn de meeste teakboomstammen van de brug nog steeds origineel. Onvoorstelbaar! Wij hebben de brug op en neer gewandeld en genoten van het leven op de brug. Fietsen die er overheen gaan, wandelende mensen, monniken, enzovoorts. Heerlijk. Om het geheel af te maken hebben we de zon onder zien gaan vanaf een bootje die ons rond de brug heeft gevaren. Wat een mooi uitzicht!

De aankomst in Monywa was bijzonder er waren geen Engelse teksten te bekennen en niemand in onze bus sprak Engels. Lastig! Dan weten wij natuurlijk niet of we er al zijn... In Monywa hebben we de Thanboddhaya Pagode bezocht. Dit tempelcomplex wordt ook wel de Borobudur van Myanmar genoemd. Er staan hier rond een half miljoen boeddha-beelden en beeldjes, velen van ongeveer 10-15 cm hoog. Wij vonden het tempelcomplex vooral heel erg apart. Overal felle kleuren, ontelbaar veel Boeddha beelden. Heel apart maar leuk om te zien!

Pokakku is een stad waar toeristen normaal niet verblijven maar gelijk de boot pakken naar Bagan. Echter zijn wij te laat om de laatste boot te halen dus wij blijven hier een nachtje. We hadden verwacht dat niemand hier Engels zou spreken. Gelukkig viel dit mee. Er stond een fietstaxi voor ons klaar die gelijk wist naar welk hotel we wilden. En de eigenaresse van het hotel (een vrouw van bijna 80 jaar) sprak ook uitstekend Engels. Dat viel dus alles mee! Het hotel wat zal ik daar eens over vertellen. Het hotel is eigenlijk geen hotel maar een kamer bij de mensen in huis. Je loopt dus door hun huis heen om naar onze kamer te kunnen. De kamer zelf heeft een houten bed met daarop een dunne matras, een wc (hurk wc) en een plek waar je water over jezelf heen kan gooien (de douche). Verder veel stof, houten zijmuren en een golfplaten dak. We hadden wel de dure kamer genomen met airco want het is enorm warm. Helaas geen stroom dus aan de airco hadden we niet heel veel! Het is niet normaal hoe beperkt het wonen hier is. Het huis waar we inzitten is echt wel luxe vergeleken met de andere huizen, echter het is nog steeds echt heel weinig te noemen naar onze westerse maatstaven. Om af te koelen zijn we een verfrissende duik gaan nemen in de Ayeyarwady die hier achter het huis stroomt. Het water bleek lekker warm te zijn en het was ook nog eens ondiep. De lokale mensen vonden het prachtig dat wij als rijke mensen ook gewoon bij hun kwamen zwemmen. Wij waren blij met een beetje verkoeling. We hebben een tijdje zitten praten met een vrouw die haar Engels aan het oefenen was op ons in het water totdat mensen riepen dat we moesten oppassen. Kwam er opeens een slang voorbij zwemmen!!!! Na het avondeten hebben wij de sauna van onze kamer opgezocht. Het was in onze kamer 35 graden en pas na een uur was er stroom en dus airco (rond 21.00 uur). In dat uur zijn we samen wat liters vocht verloren! De volgende ochtend hebben we een rondje door de stad gelopen en het is duidelijk dat hier weinig toeristen komen. Wij zijn hier echt een bezienswaardigheid. Vrouwen willen graag hun kinderen laten zien en iedereen zegt hallo. Erg grappig en het leverde ons een aantal mooie foto's op! Tijdens het wachten op een boot hebben we nog een tijdje zitten praten met de oude eigenaresse van het hotel (boven de 80 jaar). We begonnen over het nieuws, waarbij zij verrassend op de hoogte was van het wereldnieuws. Hierna ging het gesprek door over de prijzen die toeristen moeten betalen voor een kamer. Wij hadden bij haar een kamer van 12.000 Kyat (ongeveer 10,80 euro). Zij vertelde mij dat locale mensen ongeveer 2.000 Kyat betalen voor de kamer. Dat ons bedrag zo hoog is komt doordat wij ontbijt krijgen, meer water gebruiken, maar vooral omdat zij voor ons een grotere afdracht aan de staat moet doen. Een donatie heet dat! Een verplichte bijdrage die gegeven moet worden aan een locaal iemand van de overheid. Ze zei dat ze aan toeristen 3.000 Kyat verdiende per nacht. De rest van de opbrengst ging allemaal op aan kosten.

In Bagan hebben wij de paasdagen doorgebracht. Helaas hebben wij geen paaseieren gevonden, maar we kunnen natuurlijk niet door blijven gaan met feestdagen vieren! Om half negen stond de paard en wagen klaar om ons te gaan vervoeren naar Bagan. Bagan staat op de lijst met Unesco Werelderfgoederen, want waar ter wereld wist men in een tijdsbestek van 230 jaar ruim 4.400 tempels uit de grond te stampen? Precies: in Bagan. De gouden periode van Bagan begon in 1057 na Christus. Niemand weet precies hoeveel monumenten Bagan tegenwoordig herbergt. Een officiële telling aan het einde van de dertiende eeuw houdt het op 4.446. In 1978 kon men 2230 monumenten identificeren. Met de hernieuwde (toeristische) belangstelling voor Bagan rijzen jaarlijks nieuwe stoepa's uit de grond. De tempels zijn te vinden in een gebied met een omvang van 42 vierkante kilometer, de zogenaamde Bagan Archaeological Zone. De belangrijkste tempels bevinden zich in een straal van een paar kilometer rondom het ommuurde Old Bagan. Dankzij het droge klimaat hebben vele monumenten de tand des tijds goed kunnen weerstaan hoewel het goud, het marmer en de edelstenen, die de gebouwen bedekten, verdwenen zijn. Vroeger woonden de mensen tussen de tempels maar in 1990 moesten ze verplicht verhuizen. We zijn eerst naar een tempel gegaan welke je mocht beklimmen. O wat een rust en wat een schitterende en sprookjesachtige omgeving. Hierna hebben we nog 9 andere tempels bezocht. Van zeer rustig tot soms met een paar andere toeristen. Het was erg leuk om het gebied met paard en wagen te bekijken, het past bij de omgeving en het land. Vooral grappig als we dan de ossenwagen moesten laten passeren. Op zulke momenten waanden wij ons echt in een andere tijd. Onze paardenman sprak erg goed Engels en vond het ook leuk om ons dingen te vertellen. Heel voorzichtig vertelde hij soms ook wat over het land en de regering. Opvallend was dan dat hij ging fluisteren en voordat hij ging praten even goed om zich heen keek dat niemand hem kon horen. Hij gaf ook aan dat hij voor zijn gezin 2500 Kyat per dag nodig had om te kunnen leven (iets minder dan 2,25 euro). Wil je vlees eten dan heb je 4500 Kyat nodig per dag. De huur van een huis met 1 elektrisch lichtje kost 6,80 euro per maand. Om een kind naar school te laten gaan kost dat je 33 euro per jaar. We hebben zelf ook nog een dag in het gebied gefietst. Op een dag hebben we 18 kilometer gefietst en vele mooie tempels gezien en enorm genoten van de rust, zandweggetjes en uitzicht.

Inle Lake is een meer van 10 bij 7 kilometer. Hier zijn vele dorpjes op het water gebouwd en hebben we echt genoten van het rustige leven op en rondom het meer. Om het meer te verkennen hebben we een boot met chauffeur voor een dag gehuurd. De smalle boot is ruim genoeg voor 10 mensen dus twee passen er makkelijk op! De motor die op de boot zit maakt echt een enorme herrie, maar gelukkig hebben we herriestoppers mee genomen en deze kwamen dan ook zeker van pas! Op het meer was het erg rustig nog met boten. De boten die er waren, waren vissersboten. Ze peddelen hier door middel van een been. De pedel klemmen ze om hun been en dan maken ze een bepaalde beweging. Zo hebben ze 2 handen over om andere dingen te doen. Het was erg mooi en rustgevend om dit te zien. Het gebied is hier onbeschrijfelijk mooi. Met name de rietenhuisje aan en in het meer. Het is erg primitief maar dat maakt het ook zo mooi. De mensen die er wonen zijn echt arm. We zijn eerst naar een markt in een dorp gegaan. We moesten 30 minuten lopen door het dorp met allemaal rijstvelden. Fantastisch mooi is het hier. De mensen en kinderen zijn erg enthousiast als ze je zien!

Wat trouwens hier ook bijzonder is, is de staat van het geld. De dollars die wij betalen die moeten perfect zijn, echter het geld dat wij in Kyat ontvangen valt soms echt uit elkaar van ellende. We hebben al geld ontvangen in plastic zakjes, we hebben geld gehad dat aan elkaar zat geniet, geld waar overal de scheuren in zitten en echt van ellende bijna uit elkaar valt. Hier maakt het allemaal niet uit. Iedereen accepteert de briefjes en het is allemaal prima. Heel apart!

De Golden Rock is ook een plek waar iedereen in Myanmar ooit hoopt te komen. Om bij de rots te komen moesten we eerst 45 minuten achterop een truck en aangekomen bij het eindpunt van waar de truck ons bracht begon voor ons de klim naar de top! Volgens de Lonely Planet zou het een helse tocht worden, nou die was het zeker. Wat een bloedhitte en wat een klim!! We verbaasde ons dat we zo weinig mensen tegen kwamen die in onze truck zaten! Later bleek dat wij de pelgrimsroute hadden genomen door de bossen/jungle. Er was ook een verharde weg omhoog en veel mensen gingen zelfs met een truck omhoog (wij wisten niet dat dit ook kon). Achteraf vonden we beiden het lopen wel meer dan de moeite waard, het gaat natuurlijk niet alleen om het einddoel maar zeker ook om de weg er naar toe! Volgens de legende behoudt de gouden kei haar wankele evenwicht op de rots door de aanwezigheid van een haar van Boeddha. We zijn direct naar de Golden Rock gelopen omdat er een dreigende lucht aankwam. Nou dit was maar goed uit want toen brak het noodweer los. De regen viel met bakken uit de hemel en het begon ook flink te onweren!! Een klap was heel hard en heel erg dichtbij! Gelukkig was naar een 20 minuten de ergste regen gestopt. De rock is wel bijzonder, want het ziet er heel onstabiel uit. We hadden het gevoel dat de rots zo van de berg af kon rollen. De weg terug was wat makkelijker. We hebben de verharde weg genomen!

Van de Golden Rock naar Pathein was een busrit van ruim 9 uur in verschillende bussen en een stuk in de taxi. De busrit naar Pathein ging goed, we gingen door een gebied dat in 2008 zwaar is geraakt door Cycloon Nargis. In mei 2008 werd Myanmar getroffen door de Cycloon Nargis. Het officiële dodental ligt boven de 130.000. Gezien de wijze waarop de mensen hier wonen snappen wij dat ze kansloos zijn geweest. Schandalig om te lezen hoe de dictatuur om is gegaan met deze ramp. Toeristen hebben lang niet door dit gebied mogen reizen omdat de dictatuur niet wilde dat er informatie naar buiten kwam. Tegenwoordig is het gebied weer open en zie je van de schade van toen niets meer terug. Pathein is een verschrikkelijke vieze stad met heel veel beestjes!! We zijn uit eindelijk in Hotel Paradise beland. Voor de 15 dollar die wij betaalde leek het veel op het paradijs. Een paradijs met heel veel beestjes en kakkerlakken op de kamer, in bed, enzovoorts... O wat was dit vies en wat zijn het er veel!! We besloten om ergens een broodje te halen en dan snel onder de klamboe te gaan zitten. Broodjes hebben we niet gekocht omdat in de vitrine bij de bakker ook kakkerlakken zaten! Tijdens het lopen hebben we ook allebei meerdere keren kakkerlakken op ons gehad! Terug op de kamer ons bed bug vrij gemaakt (zeker 5 kakkerlakken uit onze kamer verwijderd..) en snel onder de klamboe gegaan en onze ogen dicht gedaan in de hoop dat het snel morgen is! Pathein hebben we snel achter ons gelaten en zijn met de bus naar Chaung Tha Beach gegaan. Bij het busstation is Mark nog voor 43 eurocent naar de kapper gegaan. Tijdens onze rustige verblijf hebben we alle indrukken van de afgelopen week een plekje kunnen geven. Wat is het heerlijk om hier aan verlaten stranden te liggen en tot rust te komen.

Het is zoals jullie gelezen hebben een lang verhaal geworden. Beiden hebben we dit land als een schitterend land ervaren en raden het zeker aan om het een keer te bezoeken, maar wees je dan wel bewust van de kanttekeningen die dit land ook heeft! We gaan nu naar Thailand en dan zo snel mogelijk richting Cambodja!

Tot snel!

Mark en Maaike

Kathmandu en de Kathmandu Valley


Hoi Allemaal,

Hier weer even een verhaal van al onze belevenissen! We zijn de afgelopen weken in Kathmandu en Kathmandu Valley (Swayambhunath, Patan, Bhaktapur, Pashupatinath, Bodnath en Nagarkot) geweest. We genieten van al het moois, de rust en de natuur. Met name Kathmandu Valley is een plek om tot rust te komen en te genieten van moeder natuur. Onze volgende bestemming is Myanmar. Vijftien april vliegen we naar Bangkok en zestien april naar Myanmar. We zijn heel benieuwd naar dit land, want het is in ieder geval geen gemakkelijk land. We hebben al heel wat hindernissen moeten overwinnen, maar we gaan er heen. Hier later meer over!

Kathmandu is een stad die erg gericht is op toerisme. Het is een grote stad en het is er erg druk en veel vervuiling (lucht). We moesten dan ook in het begin erg wennen. Andere toeristen die we hadden gesproken vonden het niks. Ook wij moesten er weer even aan wennen. Iedereen wil iets van je, dit is iets wat we niet meer hadden gehad sinds India. Gelukkig zijn we ondertussen door de wol geverfd en laten we ons niet meer zomaar gek maken. We hebben een leuk hotel (Family Peace House) met een redelijke kamer met een heerlijk groot balkon.


Het lekkerste hier is misschien nog wel de wifi verbinding die echt mega snel is! Wat een luxe! We zitten op 2 minuten lopen van Thamel, dit is het toeristen gebied in Kathmandu. In een straal van 5 vierkante kilometer zijn er 2500 zaken die zich bezig houden met toeristen. Hier kunnen we dan ook alles kopen wat we willen. Van hasj tot tijgerbalsem, van hippie kleding tot schitterende souvenirs. Ondanks alle troep is er ook voor ons genoeg te kopen.
Ons verblijf in Kathmandu heeft voornamelijk bestaan uit het beslissen wat gaan we doen na Nepal, want terug naar huis gaan we voorlopig nog niet, want we hebben het nog leuk genoeg!! Na veel wikken en wegen hebben we besloten om naar Myanmar te gaan en Tibet later te gaan doen, gezien de ontwikkelingen in Japan (zware aardbeving en nu een onveilige situatie bij een kernreactor). Toen kwam het volgende: hoe komen we daar. Eerst hebben we ons georiënteerd via internet (o wat heerlijk dat we een laptop hebben). Daarna informatie ingewonnen bij 2 reisbureaus en toen besloten dat we het zelf gingen regelen (scheelde 20 euro). Dus op naar het hoofdkantoor van Nepal Airlines. We werden geholpen door een hele lieve en vriendelijke vrouw. We vliegen eerst naar Bangkok en daarna naar Yangon (Myanmar).

Het ticket van Bangkok naar Yangon hebben we zelf geboekt via internet (scheelde ons ook weer 100 euro per ticket). De laptop hebben we zo snel terug verdiend! Daarna ons visum: deze hebben we door ons hotel laten regelen. Na 5 werkdagen kregen we gelukkig ons visum, beiden waren we niet helemaal zeker dat dit goed zou komen. Dit aangezien de mensen van ons hotel maar zeer matig Engels spraken en wij zaken tig keer hebben uitgelegd voordat we eindelijk het gevoel hadden dat ze het begrepen. Het volgende struikelblok was geld. Hoe komen wij aan dollars? In de Loney Planet, die we gelukkig op tijd hebben gekocht, stond dat er geen pinautomaten in Myanmar zijn. Je kan alleen euro's en dollars wisselen. En ja die hebben wij bijna niet meer. Daarnaast stellen ze eisen aan het geld. Het moeten perfecte briefjes zijn zonder kreukels. Nou zoals jullie kunnen begrijpen heeft dit ons wat zweetdruppeltjes gekost, maar Mark en Maaike kennende is dit ook weer goed gekomen. Na bij verschillende banken te zijn geweest bleken we alleen voor Dollars bij wisselkantoren terecht te kunnen. We zijn naar een stuk of 10 kantoortjes gegaan om hun koersen op te vragen en wisten zo precies waar we het goedkoopst terecht konden. We betalen nu 72,2 rp voor elke dollar. Dit maakt omgerekend een koers van 1,37 dollar voor elke euro. Niet gek! We hebben erge mazzel met de hoge euro koers op dit moment (bij 1,42 dollar voor elke euro). Spannend en inspannend was het zeker wel. Om de wissel operatie goed te laten verlopen waren we heel kieskeurig op de dollars die wij kregen en hebben zeker de helft afgekeurd. Nu maar hopen dat al het geld in Myanmar zal worden geaccepteerd!

Jullie kennen ons nu wel een beetje en weten dat wij beiden van mooie dingen houden! Nou we hebben een super gaaf en mooi Boeddha beeld gekocht van sandelwood. Sandelwood, is een houtsoort dat naar de sauna ruikt. Na wat onderhandelen hebben we hem voor een mooie prijs mee genomen. Wederom hebben we een pakketje naar NL gestuurd. Echter was hij nu wat zwaarder, omdat we veel ongebruikte kleding en souvenirs terug wilde sturen. Het pakketje woog 11 kilo, maar werd weer op dezelfde manier ingepakt als ons vorige pakketje.

Naast de regel dingen hebben we ook veel gezien. Er zijn in Nepal 3 koningssteden, Kathmandu, Patan en Bhaktapur. We zijn naar alle drie de plaatsen geweest. Alle drie hebben ook een Durbar Square. Durbar is het Nepalese woord voor paleis. Durbar Square is de belangrijkste bezienswaardigheid en kloppend hart van Kathmandu, Patan en Bhaktapur. Durbar Square wordt in de meeste gevallen als marktplaats gebruikt. Het krioelt er van mensen, taxi's, fietsriksja's en straatkinderen. In Kathmandu staan meer dan 50 tempels en andere religieuze monumenten op 1 vierkanten km. De oudste tempel dateert uit de twaalfde eeuw en het belangrijkste gebouw is het koninklijk paleis.


Andere bekende tempels zijn Kasthamandap tempel, de Taleju tempel en het huis van de Kumari, de levende godin. Kumari Devi hebben we mogen bewonderen. Dit is nu een meisje van 8 jaar oud die om 4 uur 's middags zich een minuut laat zien aan het publiek. Je mag geen foto's maken. De Kumari (betekent 'puur' en 'maagdelijk') is een meisje wat vaak al uitverkoren is op drie/vier jarige leeftijd. Het sterrenbeeld van het meisje moet complementair zijn met die van de Koning. De Kumari wordt bijgestaan door bedienden en zij wordt van haar familieleden gescheiden. Als zij bij de eerste menstruatie bloedt of als zij valt en bloedt, is zij Kumari af en moet er een andere Kumari gekozen worden. Ze voert haar dagelijkse rituelen uit en wordt geheel verzorgd, dat betaald wordt door de regering. Iedere dag schilderen bedienden zwarte lijnen boven haar ogen een en derde oog op haar voorhoofd. Bedienden dragen haar overal naartoe, omdat ze de grond niet mag raken. De belangrijkste dag is de Indra Jatra in september. Dan wordt de Levende Godin helemaal opgetuigd als een 'ware Godin', met make-up, juwelen en de oorspronkelijke kleding van haar voorgangster, die vermoedelijk volgens de overlevering rond 1756 AD begon. De dag dat de Levende Godin Kumari in haar zegewagen wordt rond gedragen heet de Kumari Jatra. Deze ceremoniële rit duurt 3 dagen en de 2e dag heet Thawneya. Overal stromen de mensen toe om haar te eren, en vooral de zegen van haar te ontvangen. Ze komt ook maar vijf tot zes keer per jaar buiten. Meestal is dit tijdens festivals. Men gelooft ook dat haar gedrag tijdens deze festivals voorspellende waarde heeft. Als zij bijvoorbeeld rusteloos is, zou dit slecht nieuws inhouden voor het land. Wanneer Kumari bloedt, gaan 5 boeddhistische priesters op zoek naar de nieuwe levende godin. De jonge kandidates tussen de 4 en 7 jaar oud stammen allemaal af van de Newar Shakya kaste, het gilde van zilver- of goudsmeden en is de belangrijkste persoon in Nepal. Ze moet naar men zegt een uitstekende gezondheid hebben, mag geen littekens of wondjes hebben en moet een perfecte huid, zwarte ogen en zwart haar en tanden hebben. Ze moeten aan totaal 32 perfecties van de godin voldoen, waarvan sommigen heel poëtisch worden beschreven: een nek gelijk een gelijk een schelp, een lichaam gelijk een bananen boom, ogen als een koe, heupen gelijk een hert, een borst van een leeuw, en de zachte stem helder als een eend. Dan worden de uitverkorenen op de proef gesteld door de godin in een donkere ruimte te ontmoeten tijdens het Hindu festival van Dashain. Op de kalratri, of 'zwarte nacht, worden 108 buffels en geiten geslacht aan de god Kali. De jonge kandidaten worden een voor een in de Taleju tempel gebracht op de donkere binnenplaats waar de hoofden van de geslachte dieren liggen en verlicht worden door kadelaren waartussen gemaskerde mannen dansen. Hier mag ze geen angst tonen. Haar laatste test is net als bij de uitverkiezing van de Dalai Lama dat de Kumari kleren en decoraties uitkiest die gedragen zijn door haar voorgangster. Wanneer je ex-Kumari bent krijg je een klein pensioen van de staat en moet ze rekening houden dat je als vrijgezel door het leven gaat. Veel Nepalese mannen vinden het eng een ex-godin te trouwen. Alle Kumari's sinds 1978 zijn nog ongetrouwd. In 2001 is voor het laatst een nieuwe Kumari gekozen. Onze samenvatting: wat triest voor dit meisje!!

Patan, de zusterstad van Kathmandu, wordt ook wel ‘Stad der Schoonheid' genoemd. Patan heeft net als Kathmandu een grote hoeveelheid tempels, maar het is er een stuk rustiger. Ook hier hebben wij genoten van de mooie gebouwen.

Mark en ik zijn nadat we alles rondom Myanmar hadden geregeld een aantal dagen naar Bhaktapur gegaan. In Bhaktapur aangekomen moesten we eerst 21 euro betalen om de stad in te mogen. Ons guesthouse waar we verblijven is niet top, maar de locatie is leuk en centraal, de kamer heeft warm water en we hebben internet. Bhaktapur wordt ook wel de stad der getrouwen genoemd. De meeste gebouwen dateren uit de 17de eeuw. Het centrum is bijna autovrij wat maakt dat het prettig is om er te lopen. Oude ambachten, zoals pottenbakken is nog erg normaal in Bhaktapur. Als je hier rondloopt wanen je je regelrecht in de Middeleeuwen. We zijn naar verschillende pleinen geweest Taurnahdi Tole (Tole = plein), Golmahdi Tole en Tachupal Tole. Aan al deze pleinen liggen oeroude gebouwen en tempels.


Aan een van deze pleinen ligt de hoogste tempel van Nepal, hij telt vijf etages en dateert van 1702. De trap naar het hoogste platform wordt geflankeerd door stenen figuren: leeuwen, worstelaars, garuda's, griffioenen, olifanten en godheden. In Bhaktapur heb je ook een Durbar Square. Hier in Bhaktapur doet het heel ruimtelijk aan; door een aardbeving in 1934 zijn veel tempels tegen de vlakte gegaan met als gevolg veel open ruimte. Wederom hebben we een geluk dat we een feestdag mogen mee maken, namelijk Bisket Jatra. Tijdens het festival moet er een tempel op houten wielen naar 1 kant van de stad worden getrokken. Aan de tempel worden aan beide kanten touwen vast gemaakt en daarna wordt er aan twee kanten aan de wagen getrokken (het noorden en het zuiden van de stad). Onze hotel eigenaar adviseerde om in het guesthouse te blijven omdat er nog wel eens vechtpartijen uit konden breken (twee jaar geleden waren er nog drie mensen overleden tijdens dit festival). Om de tijd te doden hebben we een spelletje gespeeld totdat het spektal begon. Eerst hebben we op tv gekeken want dit festival wordt landelijk uitgezonden!


Toen de tempel van het plein af was duurde het even voordat hij bij ons was. Hij ging dan ook alle kanten op. Wat een mensen op straat. Toen hij dichtbij was, was het wel erg leuk om die mensenmassa te zien vanaf het rooftop restaurant van ons hotel, maar o wat erg als je hier je huis hebt! Je huis wordt niet ontzien. Op een gegeven moment vlogen de dakpannen van de daken en werden huizen beschadigden.


Ook was er een vechtpartij, maar de politie was er snel bij! De hoteleigenaar had ons vanwege het festival uitgenodigd om als zijn gast bij hem te eten. Dat slaan wij natuurlijk niet af! Het was pittig maar wel lekker.

We zijn nog 1,5 dag naar Nagarkot gegaan. Nagarkot ligt op 2175 meter, dus we zijn 1000 meter gestegen. Het is hier erg groen en rustig. Er is hier niet veel te beleven buiten de rust en de natuur. Toen we de bus uitkwamen stond er al iemand van een hotel die ons wilde strikken. Toevallig was het ook 1 van de hotels waar we heen wilde. Het was nog een heel stuk lopen de berg op met onze toch nog zware tassen tot we bij een fantastisch mooi plekje aankwamen. Mark heeft nog flink moeten onderhandelen om een kamer te krijgen, want ze waren allemaal wat prijzig. We hebben nu een mooie en gezellige kamer voor 10 euro. Het heeft een leuk uitzicht en voelt een beetje aan als een blokhut. Helaas was het erg mistig dus we hadden niet het uitzicht wat ze ons hadden beloofd. Na een dag en nacht zonder stroom, internet en warm water (was ons voor die prijs allemaal wel beloofd) zijn we de volgende dag terug gegaan naar Bhaktapur.

We gaan vandaag Nepalees Nieuwjaar vieren. Op voor 2068 (geen typefout)!

Groetjes Mark en Maaike

Olifanten wassen in Nepal

Hoi allemaal,
Hierbij weer een verhaal van onze belevenissen en dan nu vanuit Nepal. We zijn nu bijna 2 weken in Nepal en wat een mooi, schoon en rustig land is dit in vergelijking met India. Mark en ik vinden dit echt een verademing en van beiden komen onze zintuigen weer wat tot rust. Onze reis heeft er tot nu toe als volgt uit gezien: Lumbini, Tansen, Pokhara en nu zitten we in Sauraha (Chitwan National Park).

Onze reis van India naar de grens verliep niet helemaal voorspoedig. Voor India begrippen hadden we een duur buskaartje. We hadden gekozen voor een luxe bus naar Nepal, helaas was de bus echt verschrikkelijk. We zouden om 18.00 uur bij de grens aankomen, maar dit werd uiteindelijk 21.30. Onderweg ging de bus kapot dus moesten we 2,5 uur lang, ja jullie lezen het goed, met z'n 10e in een jeep plus onze bagage. Dat was geen pretje! De grens overgang was vreemd/bijzonder. We kwamen aan in een echte spookstad, waar geen mens op straat was. Bij de grens overgang van India werden er snel een paar kaarsjes aangestoken zodat de douaneambtenaar ons paspoort kon bijwerken. Hier wilde wij zo snel mogelijk weg. We hebben dan ook direct over de grens in Nepal een taxi genomen naar Lumbini.

Lumbini is een heel klein dorpje dat bekend is omdat hier de geboorteplaats is van Boeddha. Hier zo meer over maar eerst onze belevenissen van Holy. Zoals we al eerder schreven hebben ze in India en Nepal het festival Holy, dit is voor de mensen de gelukkigste dag van het jaar. Tijdens dit festival worden broederschap en vriendschap gevierd. Dit wordt gedaan door felle poederstoffen op elkaar te gooien en te smeren. Nou Mark en ik hebben dit mee gemaakt, want niemand op straat kan hier aan ontkomen. Gelukkig waren we in een klein dorp waardoor het er wat rustiger aan toe ging maar zie de foto's voor het resultaat. We hebben wel flink moeten boenen om ons weer schoon te krijgen, maar dit is gelukkig aardig gelukt. Zoals ik al eerder zei is Lumbini de geboorteplek van Boeddha. Om deze reden is er de ‘Lumbini Development Zone' gebouwd, dit is een gebied waar Boeddhistische organisaties/ landen van over de hele wereld tempels hebben gebouwd (en bouwen) rond de geboorte plaats van Boeddha. We hebben dit gebied met de fiets verkend. De fietsen waren erg klein en zwaar en de banden waren zonder profiel. We hadden het gevoel dat we windkracht 8 tegen hadden, dit zonder dat er ook maar een zuchtje wind stond. Onze eerste stop was bij de ‘Eternal Flame'. Een vlam voor de wereldwijde vrede. Hierna hebben we bijna 3 kilometer op de fiets gezeten naar World Peace Pagode. Een mooie tempel waar wij ons vooral verbaasde over alle rust die daar heerste. Heerlijk. De lotus bloemen die allemaal in de vijver voor de Pagode aan het bloeien waren maakte het vredige gevoel natuurlijk helemaal compleet. Helaas had Mark's mooie fiets nu opeens een lekke band... best wat vervelend! Gelukkig was de Pagode vlakbij het mooiste hotel van de stad. Hier konden ze ons wel helpen aan een fietspomp. Wij hadden overigens het gevoel dat in dit mooie hotel echt helemaal niemand verbleef. Onze volgende stop was bij de Lotus Tempel. Een mooie tempel die echt nog hagel nieuw was. De mooiste tempel was toch wel de Chinese Boeddhistische tempel. Het had veel weg van de verboden stad in Beijing. Oftewel erg mooi!! Hierna zijn we gefietst naar Maya Devi Tempel. Dit is de heiligste plek. Hier is namelijk met een steen aangegeven waar Boeddha, 563 voor Christus, is geboren.

Even wat geschiedenis: Boeddha betekent in het Sanskriet (dat is de oude taal van India) de ‘verlichte' 2500 jaar geleden zat Gautama Siddharta onder een boom. Gautama was de zoon van een vorst uit het geslacht Shakyas. Dat in Noord - India heerste. Gautama werd rond 560 voor Christus geboren en stierf in 483 voor Christus. Hij werd dus ongeveer 77 jaar oud. Gautama werd erg verwend in zijn jeugd en op zijn 16e trouwde hij met zijn nicht Yasodhara, die hem een zoon schonk. Op 29 jarige leeftijd ging hij tegen de wil van zijn vader in reizen en tijdens zijn reizen ontmoette hij een oude, een zieke en een dode man. Door deze ontmoetingen wist Gautama dat lijden en dood bij het leven hoorden en dat je dat niet kon voorkomen. Tenslotte ontmoette hij een monnik, die Gautama ertoe bracht zijn levenswijze grondig te veranderen. Deze 4 ontmoetingen maakten een grote indruk op Gautama en Gautama nam zich voor om een verklaring voor het lijden te zoeken. Hij verliet zijn huis en zijn familie , zelfs zijn zoon, en hij deed afstand van al zijn aardse bezittingen. Hij kleedde zich als monnik en liet zich kaal scheren en ging op zoek naar een spirituele leraar. Hij ontmoette twee wijzen, die hem vertelden over de geheimen van meditatie en die twee wijzen vroegen hem of hij met hen mee wilde gaan en andere mensen wilden vertellen over meditatie. Gautama wilde dat niet en ging samen met 5 andere monniken in een grot leven. In de grot leidde hij samen met de 5 andere monniken een leven van strikte afzondering en onthouding. Gautama nam zich voor zo lang te vasten tot hij ‘zijn ruggengraat door zijn buik' kon zien. Zes jaar later gaf hij dit leven op en begon het land door te trekken. Op een dag rustte hij onder een vijgenboom. Daar begon hij te mediteren. Dit deed hij 45 dagen lang. Toen bereikte hij de toestand van het nirwana. Hij zag eindelijk in wat de oorzaak was van het lijden in de wereld. Vanaf dat moment was hij Boeddha. Hij was toen 35. Gautama geloofde voortaan in het nirwana, een toestand van absolute gelukzaligheid. Hij keerde terug naar de 5 monniken met wie hij vroeger gemediteerd had, en deelde met hen wat er was gebeurd onder de boom. De monniken werden zijn leerlingen en in de loop der jaren werden dat er steeds meer. De rest van zijn leven bracht Gautama vanaf nu Boeddha door als rondtrekkende monnik en prediker. Dit deed hij tot hij ziek werd en stierf.

Er zijn dan ook 3 Boeddhabeeldjes: De dunne Boeddha stelt Gautama voor. Jullie weten nu dat hij een hele tijd gevast heeft en daardoor werd hij heel erg dun. Als je een beeldje ziet van een dunne Boeddha dan stelt dit Gautama voor, voordat hij de verlichting bereikte. Je hebt ook Boeddhabeeldjes die niet heel dun zijn en niet heel dik. Deze Boeddhabeeldjes stellen Gautama voor nadat hij de verlichting had bereikt. Dus toen hij echt een Boeddha was. De dikke Boeddha is een ander verhaal. In China heerste vroeger veel armoe. Mensen hadden geen eten en voor hen was dik zijn een teken van geluk. Als je wat dikker was had je genoeg te eten. En als je de verlichting hebt bereikt ken je alleen nog maar het geluksgevoel.

Maar goed verder met ons avontuur. De tocht naar Tansen was erg bijzonder. Onze tocht ging door de heuvels en bergen heen, dit langs heel veel rijstvelden. Erg mooi om te zien. De vangrail was uiteraard bij deze weg niet aanwezig waardoor we menig keer op slecht 50 centimeter van een 100 meter hoge afgrond reden. Een bijzondere ervaring. We hadden wat problemen om in Tansen een normaal hotel te vinden. Alles is twee beetjes vies hier, uiteindelijk genoegen genomen met een heel matig hotel met een gedeelde badkamer en vieze kamer die wel kabel tv heeft. Kosten zijn slechts 3 euro per nacht. Hierna zijn we lekker gaan wandelen door het dorp. Het leuke hier is dat er weinig toeristen komen waardoor we hier nog echt een bezienswaardigheid zijn en de mensen het hier zelfs leuk vinden en ons willen helpen! Wat een verschil met India. We zijn naar een uitzichtpunt gewandeld op 1600 meter hoogte. De klim omhoog was enorm zwaar en het uitzicht was matig. Toch leuk om in alle rust deze wandeling te kunnen maken.

Een hoteleigenaar vertelde dat kinderen hier een zwarte stip boven hun ogen krijgen om ze te beschermen tegen boze geesten. Er gaan hier veel kinderen dood op jonge leeftijd dus vandaar dat moeders hun kinderen op deze wijze willen beschermen. We hopen dat het werkt maar geloven er niet zo in. Het zou meer helpen om meer doktoren te hebben. In Nepal zijn er slechts 5 doktoren op 100.000 inwoners. Ter vergelijking in Italië zijn er 550 doktoren per 100.000 inwoners...

Pokhara is de plek voor outdooractiviteiten. Vanuit deze plek kun je trekkingen maken, paraglide, raften enz. Dit dorp is dan ook echt gericht op toeristen. De winkelstraat is 1 straat lang met alleen maar outdoorspullen en souvenirs. De outdoorspullen hebben allemaal een merknaam, maar de prijs is daar niet naar! Erg leuk om lekker te kijken, rond te lopen en te shoppen. We hebben hier dan ook veel leuke spullen gekocht. Het lekkere hier ook is dat ze een bakker hebben waar je 6 granenbrood kunt kopen, hier hebben we dan ook veel gebruik van gemaakt! Heerlijk om weer eens normaal brood te kunnen eten. Ons hotel is mooi en leek ook erg schoon, totdat we 's morgens wakker werden en er onze appel was aangevreten. Het hotel ontkende dat ze muizen hadden, maar wilde wel onze kamer nog een keer schoonmaken. De nacht erop was onze grote vriend weer langs gekomen om aan onze bananen (dachten alles te hebben opgeborgen..) te peuzelen. Tja het blijft wel Nepal! In Pokhara hebben we veel gefietst en gewandeld. We zijn naar Devi's Falls gefietst. Het verhaal gaat dat een Zwitserse toerist aan het baden was in de waterval, toen is verdronken en zijn vriendin mee heeft genomen. Na hem is de waterval vernoemd. Helaas was er vanwege de droge periode hier niet echt veel water waardoor de waterval iets tegen viel. Onze tweede fietstocht was naar een Tibetaans dorp. In de Loney Planet stond dat het ongeveer 10 kilometer van Pokhara lag. Wij dachten dat dit met de fiets wel te doen zou zijn, we hadden er echter geen rekening mee gehouden dat we tussen de heuvels zitten... we hebben de eerste 10 kilometer dus bijna alleen maar op een stijgende weg gezeten. We deden over de 10 kilometer dan ook 2,5 uur... De fietstocht was zwaar maar de dingen langs de weg en het uitzicht maken veel goed. Hier erg van genoten. Mensen die op bussen zitten, waterbuffels langs de weg, vergezichten, enzovoorts. Het Tibetaanse dorpje was leuk om te bezoeken. We hebben bij 2 van de vele souvenirwinkeltjes uiteindelijk twee mini geluksdraaimolens gekocht. De terugweg was een eitje. In 35 minuten waren we weer terug bij de winkel waar we de fietsen gehuurd hadden! Onze wandeltocht ging naar de World Peace Pagode. In de Lonely Plannet stond een beknopt beschrijving van een wandeling van 2 uur. We waren dan ook blij dat een paar kinderen ons op weg wilde helpen. De wandelroute zelf was mooi maar wel zwaar. We waren echt heel moe toen we eindelijk de top op 900 meter hadden bereikt. Was best een pittige klim! Tijdens de klim naar boven zijn we een stikdier (of iets wat er op lijkt), waterbuffels, apen en heel veel vlinders tegen gekomen. Op een gegeven moment waren we een beetje van de route af gegaan, dit omdat er totaal geen route aanwijzing was. Gelukkig waren er een paar kinderen bladeren aan het verzamelen en zij wilde ons wel helpen om het juiste pad te komen (tegen een vergoeding natuurlijk), wij waren echter al lang blij! Het uitzicht van bovenaf de heuvel was echter alle inspanningen meer dan waard, wat een schitterend uitzicht! Hierna een pad van 1 uur terug genomen naar beneden. Terug op de kamer zijn we allebei als een blok in slaap gevallen. Het is ons duidelijk dat wij in een vorig leven geen berggeiten zijn geweest!

In Sauraha zijn we naar het Royal Chitwan Nationaal Park geweest. Dit is het oudste nationale park inNepal. Het dateert uit 1973 en ligt in de Terai, het laagland in het zuiden van Nepal. Voorheen was het een jachtgebied. In 1984 werd het park werelderfgoed vanwege zijn rijke fauna en flora, met name de zeldzame Indische neushoorn en Bengaalsetijger. We hebben een jeepsafari van 1 dag gemaakt. We gingen eerst met de boot de rivier over waar er al een jeep voor ons klaar stond. Het park was erg mooi en het was heerlijk om een dag op te gaan in de natuur. We hebben de volgende dieren allemaal gezien: 29 neushorens, beren, apen, schitterende volgens (met de meest mooie kleuren), wilde zwijnen, wilde kippen, cibet kat, pauw, krokodillen, olifanten, herten (van heel klein tot heel groot) en heel veel vlinders. Al met al is het volgens Maaike geen Afrika maar toch meer dan de moeite waard. Een van de activiteiten die we hier konden doen is zwemmen/baden met olifanten. Nou dat wilde wij natuurlijk niet aan onze neus voorbij laten gegaan. Mark en ik gehesen in zwemkleren op naar de olifanten. We waren niet de enige, maar konden wel direct het water in. Veel mensen kozen er toch maar voor om van de kant te kijken. Mark ging eerst zodat ik foto's van hem kon maken. De olifanten drijver deed erg druk dus Mark werd steeds van zijn olifant gegooid en belande dan in het water. Nou toen was het mijn beurt. Direct maar aangegeven dat ik het wat rustiger aan wil doen omdat een olifant toch wel erg hoog en zwaar is. Een olifant heeft een erge harde huid en voelt een beetje als schuurpapier. We hebben daarna nog een tijdje gekeken. Later zagen we een stukje verder een olifant heerlijk op zijn zij in het water liggen. De eigenaar was zijn olifant aan het wassen en de olifant lag heerlijk te genieten. We hebben gevraagd of we mochten helpen en dit mocht. Na even geboend te hebben zijn we beiden nog even op de rug van de olifant gegaan en heeft hij ons lekker nat gespoten. Een hele leuke en bijzondere ervaring. Voldaan zijn we weer terug naar onze kamer gegaan en we zitten nu lekker op ons terrasje te genieten van de dag en de rust die hier heerst.

Groetjes Mark en Maaike